Cross-laminated timber (CLT) is een voorbeeld van een gelijmde
houtconstructie. "CLT is een houtbouwproduct dat opgebouwd wordt uit kruislings verlijmde éénlaagsplaten. De CLT-panelen bestaan
dus uit meerdere lagen en zijn afhankelijk van de belasting te verkrijgen in verschillende diktes. De verlijming vindt plaats middels een milieuvriendelijke lijm."
Meestal zijn de platen 3-, 5- of 7-laags vurenhout; wanneer de buitenste laag (zichtlaag)
van een andere houtsoort is, wordt het aantal lagen meestal even (4-, 6 of
8-laags). (Een enkele keer wordt er gewerkt met CLT in tulpenboomhout, een hardhoutsoort.)
Deze platen hebben, afhankelijk van de fabrikant, een maximale grootte van
bijvoorbeeld 2,95x16 m of 3,50x22 m of 1,25x24 m waardoor een gehele wand, vloer
of dakvlak uit één plaat gevormd kan worden! Muuropeningen e.d. worden in de
gewenste vorm prefab aangebracht.
Cross-laminated timber wordt vaak toegepast als wand-, vloer- en/of dakelement,
bijvoorbeeld bij houtskeletbouw en
voor interieurs. Hiermee vervangt CLT bij kleinere gebouwen constructief beton
en staal. Bij grote gebouwen kan
een staalskelet
worden toegepast.
Bouwen met CLT is vaak een vorm van montagebouw.
In verband met de houtconstructie en vochtwerking wordt aangeraden een damp-open afwerking te kiezen
als buitenblad, bijvoorbeeld
metselwerk, mineraal buitenpleister, natuursteen of hout.
De CLT-wanden kunnen wordn afgewerkt door gipsplaat en stucwerk of door het hout
te verven of door het hout juist uit te laten komen door te beitsen.
Bevestigingsmateriaal en materiaal voor houtverbindingen voor CLT is o.m.
verkrijgbaar van Strongtie.
Voordelen van CLT
- door de gekruiste lagen is uitzetting en krimp bij veranderingen van vochtigheid
en temperatuur vrij gering
- massieve constructie (de panelen worden aan elkaar verbonden; bij
niet-hoogbouw is geen ander skelet nodig)
- droge constructie
- zelfdragend en groot draagvermogen
(ook voor horizontale lasten; statische schijfwerking)
- panelen zijn strak tegen elkaar te plaatsen (nodig voor een goede
luchtdichtheid van een gebouw; hierdoor ook minder kans op koudebruggen)
- wand met geringe knik (tenzij smalle kolom)
- dikte van de dragende muren vergelijkbaar met traditioneel (baksteen, beton) bij dezelfde
isolatiewaarde (belangrijkste is toch het isolatiemateriaal)
- redelijk brandveilig (mede door de dikte en de compactheid; per minuut brandt
CLT ca. 0,7 mm en een verkoold oppervlak geeft niet snel vuur door)
- aangenaam binnenklimaat (door de isolerende werking van hout; het oppervlak
van wanden en vloeren is vrij snel warm en blijft vrij lang warm)
- bestand tegen aardbevingen (tot op zeker niveau)
- flexibele vormgeving (niet gebonden aan standaardmaten)
- uit te voeren in hoge mate van prefab (de
panelen worden vaak compleet met deur- en raamopeningen geleverd, met hoeken
ingezaagd om aan andere panelen te passen enz.)
- snelle bouw, mede door de droge constructie (geen wachttijden tot het
materiaal hard is zoals bij in situ gestort beton; bouwen met CLT is meer assembleren)
- gemakkelijk te verwerken (zagen, vingerlassen e.d.) en te bewerken (gaten
boren, schroeven aanbrengen e.d.)
- door het lamineerproces wordt het
grootste deel van het hout gebruikt (slechte stukken worden weggezaagd en niet
gebruikt)
- voor CO2-volgers: CO2-neutraal (koolstof is en blijft opgeslagen in het hout; denk
wel aan de hele levenscyclus: CLT moet eigenlijk hergebruikt worden).
Nadelen van CLT
- massa is vrij groot (in vergelijking met houtskeletbouw met spouw), maar klein
in verhouding met beton
- architectonisch: vooral platte panelen (CLT is zeer moeilijk in gebogen vorm
te maken)
- gelet moet worden op de vochtigheid van de panelen (en dus van de omgeving)
tijdens opslag en gedurende het gebruik; met betrekking tot vochtigheid is een
voordeel van hout dat het een goede vochtregelaar is (mits niet voortdurend
vochtig; bij hoge relatieve
vochtigheid (RV) neemt het vocht op en staat het bij lage RV weer af)
- gevelbekleding is nodig (vaak
hout om de duurzaamheid te benadrukken en vanwege het gewicht)
- muurisolatie is nodig (buitenmuur)
- bij appartementen is extra geluidsisolatie
nodig tussen de appartementen
- bij het assembleren van de prefab CLT-panelen tot een gebouw is een kraan
vereist
- toekomstige aanpassingen aan het gebouw (andere functie e.d.) zijn wellicht
moeilijker te realiseren
- bij complexe constructies zijn constructieve berekeningen moeilijk (een veel grotere
constructie kan eventueel voorzien worden van een stalen skelet of van
stalen delen)
- er is nog niet zo heel veel ervaring opgedaan, dus in bepaalde nieuwe
ontwerpen moet nagegaan worden welke combinaties van lagen en welke constructiewijze het meest aangewezen
is
- kosten vergelijkbaar met houtskeletbouw...?
Enkele kenmerken van CLT - meerlaags (meestal 3, 5 of 7 lagen vuren) - maximale afmetingen plaat 2,95x16 m of 3,50x22 m of 1,25x24 m (afhankelijk
van fabrikant) - volumieke
massa ca. 450-470 kg/m3
- warmtegeleidingscoëfficiënt
0,11 W/(m.K)
- soortelijke warmte
ca. 1600 J/(kgK)
- dampdiffusieweerstand 20-50 (bij
dikte van 16 cm is dit 3 à 8 m)
- houtvochtigheid ca. 12% +/- 2%
- dimensionale stabiliteit (in lengte en breedte) 0,02% per 1% verandering van houtvochtigheid
- CLT is een plaatmateriaal.