![]() |
![]() |
![]() |
1.
Dakgoot. De dakgoot is de opvangbak of opvangstrook die hemelwater
afvoert van het dak naar de regenpijp. Dakgoten zijn meestal
van pvc, zink,
aluminium of koper gemaakt. Vroeger
waren er ook houten dakgoten.
Soorten dakgoten zijn o.m.:
- bakgoot
- blokgoot
- hanggoot
- kielgoot of kilgoot of zakgoot
- kropgoot
- leigoot
- mastgoot
- ribgoot
- zakgoot
- zaling,
zaalgoot of zalinggoot.
Voorbeelden van dakgoten
Voorbeelden van verholen dakgoten
Allerlei vormen van dakgoten op monumenten
Stroomsnelheid
Hoe vlakker de bodem van een dakgoot, hoe trager het water stroom. Vuil wordt
dan niet meegenomen met het water en blijft liggen op de bodem van de goot. Een
groot afschot van de
dakgoot verhoogt de stroomsnelheid en bevordert het zelfreinigen van de dakgoot; dat
afschot was moeilijk te realiseren omdat de rest van het
gebouw wel exact horizontaal moet zijn, maar er zijn systemen met een
geïntegreerd afschot in de dakgoot, waardoor de dakgoot niet
zichtbaar "schuin" loopt. Ook een halfronde bodem van de dakgoot
verhoogt de stroming enigszins.
Geen dakgoot
Soms kan het gewenst zijn geen dakgoten aan te brengen, bijvoorbeeld bij
kerkjes, torens, boerderijen, rieten daken. Het gaat dan veelal om esthetische
en praktische redenen (onderhoud). Een grote overstek
kan een alternatief zijn voor dakgoten bij een hellend dak, afhankelijk van de
situatie, bijvoorbeeld bij een rieten dak.
Door de grote overstek komt meestal het hemelwater van het dak niet tegen de
gevel wanneer die niet te hoog is. Een andere optie is de spuwer,
die ook het hemelwater wat verder van de gevel leidt. Men moet wel accepteren dat er water
rechtststreeks van het dak komt, wat nadelig kan zijn voor voorbijgangers en
voor de bestrating (door het vele water, eventueel toch ook hoog opspattend
tegen de gevel). Een oplossing kan zijn om de bestrating daar weg te halen en te
vervangen door gras, lage struiken of grind, waardoor het water minder
hoog opspat. Vroeger beschermden de hogere plinten (gevelplinten,
vaak natuurstenen bekleding aan de onderzijde van de gevel) de gevel tegen
opspattend water en daarmee tegen binnendringen van water.
Ook was er vaak tussen de huizen een smal pad (ozendrop).
Wanneer in die situatie de lengterichting van het zadeldak
loodrecht op de straat stond, was een dakgoot ook daar niet heel belangrijk: het
hemelwater kwam in de ozendrop terecht en werd daar op een natuurlijke
manier afgevoerd.
Zie ook bijvoorbeeld gootklos, Alugoot,
gootdrain, Keulse goot,
hemelwaterafvoer.
Verg. waterlijst.
Eng. roof gutter, eaves spout, eaves trough, rainspout, spouting
2.
Andere gootsoorten dan de dakgoot. Een goot is elke kunstmatig
aangelegde, langere, vrijwel horizontale vorm van
een soort "halve
pijp" die dient om een meer of minder vloeibare stof af te voeren,
bijvoorbeeld de goot langs de straat of een goot in de tuin om
hemelwater af te voeren, maar ook bijvoorbeeld om snoeren onder een bureau door te voeren.
Voorbeelden:
- goot langs de straat of in de tuin
- molgoot
- ozendrop
- wadi
- grup.
Een greppel is een soort "natuurlijke
goot" om in een groen gebied water af te voeren naar een sloot.
goot, hemelwaterafvoer langs de straat (foto joostdevree): ![]() |
goot in het midden van de straat spoelt hemelwater naar het midden (niet naar de huizen) en bespaart op aantal kolken (foto joostdevree): ![]() |
goot, hemelwaterafvoer in de tuin: ![]() |
zeer fraaie goot van hout: ![]() |
Meer
watergangen (waterlopen).
Eng.
(aan de straat) gutter; trough; in de industrie: chute; in de landbouw: duct