1.
Ook: woestijndal. Een
wadi is een rivier in droge gebieden die het grootste deel van het jaar droog staat,
maar tijdens de natte periode veel water te verwerken krijgt.
Wadi is het Arabische woord voor "dal, seizoenale rivierbedding"; bron Etymologiebank.
2.
Een wadi is een infiltratiesysteem voor afvoer en opvang van hemelwater waarbij plaatselijk
en meestal tijdelijk gebruik wordt gemaakt van de opslagcapaciteit van de bodem. De wadi
is dus een vorm van (tijdelijke) waterberging
en ligt
altijd in het bewoonde gebied waar de opvang van hemelwater gewenst is bij
langdurige hevige regenbuien.
Let op: een wadi is uitsluitend bedoeld voor hemelwater (regen, sneeuw, hagel),
niet voor afvalwater.
Vaak wordt de grond onder de greppel van de wadi met een grindkoffer
of grof zandig
uitgevoerd (percolatiekoffer) waardoor het regenwater naar die laag kan
wegzijgen (geïnfiltreerd wordt
in die laag) en de opslagcapaciteit toeneemt.
Eventueel kan de wadi nog voorzien worden van drainage waardoor een teveel aan
water toch afgevoerd wordt naar een ander gebied, het riool of een overstort.
Voordelen van een wadi
- voorkomt overloop van het riool (vooral bij infiltratie-wadi maar
ook bij buffer-wadi i.v.m. sturen moment van afvoer)
- er is een multifunctionele invulling mogelijk (groene strook in stedelijke
omgeving, voetbalveldje, banken, wellicht een terrasje)
- verbetering leefklimaat van bewoners (zij waarderen meestal het
groen, de ruimte en de speelgelegenheid)
- stedelijk gebied is duidelijk minder saai
- past in een klimaatadaptieve
visie
- minder hitte ("urban heat") door het groen (denk ook
aan voldoende bomen in het gebied!, schaduw is vaak belangrijker dan temperatuur)
- infiltratie-wadi: verhoogt de grondwaterstand, - infiltratie-wadi: eenvoudig onderhoud
-
infiltratie-wadi: zuivert enigszins het water (bij hemelwater dat rechtstreeks
op het groene terrein van de wadi valt, is dat
nauwelijks van toepassing, hemelwater dat via "de straat" komt zou
eventueel wat vervuild kunnen zijn)
- wadi's geven door hun soms waterrijke en soms gortdroge karakter een habitat
voor verschillende soorten planten en dieren, maar dat wadi's de biodiversiteit zouden bevorderen, is
wat ver gezocht (overigens, welk dierenleven in de bodem is blijvend als er dagenlang water in de wadi
staat? daar profiteren dan wel weer andere dieren van waarschijnlijk).
Nadelen van een wadi
- vergt goede voorbereiding i.v.m. de doorlatendheid van de bodem die
voor een goed deel de keuze van het systeem bepaalt (infiltratie of buffer of
beide)
- er dient natuurlijk voldoende
ruimte beschikbaar te zijn om een wadi aan te kunnen leggen (die ruimte
kan niet gebruikt worden voor bijvoorbeeld woningbouw)
- de
doorlatendheid van de ondergrond is
zeer belangrijk; vooral bij een zeer hoge grondwaterstand
zijn (extra) afvoeren nodig
- de wadi moet meestal wat lager liggen dan de omgeving (wadi is meestal
ook het verzamelpunt van omgevings-hemelwater)
- een wadi kan
uiteraard vooral goed functioneren wanneer de grondwaterstand onder het
infiltratiebed ligt; wanneer sprake is van een percolatiekoffer met
afvoer/drainage dan
dient de grondwaterstand onder die koffer te liggen
- aanleg kost geld
- er is onderhoud nodig (maaien is moeilijker; speeltoestellen e.d.
vragen onderhoud)
- buffer-wadi: meer onderhoud nodig dan bij infiltratie-wadi i.v.m. slibvorming
e.d. in afvoer/drainage
- jammer is dat gemeenten af en toe nogal doorschieten: zeer geforceerd
worden wadi's aangelegd, waardoor
de voortuinen van de woningen in het geheel zijn vervallen en smalle betonnen
bruggetjes van de openbare weg naar de woningen lopen (Apeldoorn, Haven Centrum,
Molenstraat)
- na lange droogte oogt het wel verdord, maar na wat regenval klaart
het meestal weer wat op.
Andere aspecten
- een wadi heeft bij voorkeur een geringe helling (< 5%, heeft altijd
een natuurvriendelijke oever)
- een wadi bevat uitsluitend water als het geregend heeft; meestal zal de
wadi wat vochtig zijn of (vrijwel) droog staan
- als er water in de wadi staat, bij voorkeur niet dieper dan 50 cm (omdat de
wadi vaak droog staat, kunnen kinderen verrast worden door het water,
verdrinkingsgevaar)
- een wadi kan een noodoverloop ("slokop") hebben (gelegen boven het bergend
vermogen van de wadi)
- een wadi heeft bij voorkeur een infiltratiecapaciteit (k-waarde) van
minimaal 0,5 m per dag (dus een grond-combinatie van grof zand omdat dat de enige
grondsoort is die ver boven 0,5 m per dag kan infiltreren, zie bij infiltratie-grondsoort)
- bij voorkeur een maximale ledigingstijd van 48 uur om redenen van
gezondheid en hygiëne (lijkt sterk overdreven)
- bij voorkeur geen ondergrondse infiltratiesystemen (zijn complexer, duurder en
minder goed te onderhouden)
- een wadi is een
voorbeeld van een miniatuur en tijdelijk retentiegebied.
Twee basistypen wadi en een combinatie (zie de afbeeldingen verderop)
De drie basistypen wadi zijn, o.m. afhankelijk van de doorlatendheid van de
bodem (zie afbeeldingen verderop):
- Infiltratie-wadi De meest natuurlijke wadi waarbij alle hemelwater
geïnfiltreerd wordt in de bodem. Mogelijk wanneer de bodem over een toereikend infiltratievermogen
beschikt (infiltratiesnelheid 0,5 m of meer). Het water wordt naar de wadi geleid om erin opgeslagen te worden in afwachting van natuurlijke infiltratie in de
bodem. Op deze manier wordt het water teruggegeven aan zijn natuurlijke cyclus.
- Buffer-wadi Wanneer de bodem slecht of minder doorlatend is, wordt
het teveel aan gebufferd water afgevoerd. Mogelijk wanneer de bodem over een ontoereikend infiltratievermogen
beschikt (infiltratiesnelheid minder dan 0,5 m). Met water wordt naar het bouwwerk geleid om erin opgeslagen te worden in afwachting van zijn afvoer, tegen een geregeld debiet, naar zijn
afvoerpunt.
- Gemengde wadi
Een combinatie van de infiltratie- en de buffer-wadi,
naar omstandigheden.
Voor een infiltratie-wadi moet voldaan worden aan alle eisen:
- doorlatende bodem (infiltratiesnelheid >= 0,5 m/dag of wel >= ca. 20
mm/u, dus een gemengde grondsoort
met grof of fijn zand)
- waterdoorlatende oppervlaktebedekking (beplanting of poreuze, infiltrerende materialen, met eenzelfde
infiltratiecapaciteit als grof of fijn zand);
- het terrein moet liggen buiten een waterwinningsgebied of beschermd gebied (Natura 2000)
- het gaat om niet-verontreinigde grond (anders verspreidt de verontreiniging zich)
- de grondwaterstand moet > 1 m onder de bodem van het
bouwwerk staan (anders kan er te weinig water gebufferd worden).
Vanuit een ander gezichtspunt zijn er ook verschillende soorten wadi's, waaronder:
- een laaggelegen (klein) gebied in een wijk fungeert als tijdelijke opvang- en
opslagplaats van regenwater, al of niet met infiltratie en/of afvoer (de meest
voorkomende wadi's)
- een natuurlijke goot
of molgoot langs de weg of langs
tuinen zorgt voor opvang en voor opslag (de goot vangt het regenwater op en
slaat het tijdelijk in de goot op, eventueel dus ook in de bodem onder de goot)
- een soort goot langs de weg zorgt voor afvoer van het water naar een zandige
bodem waar het water geïnfiltreerd wordt in de bodem (afvoer én infiltratie;
de grootte is meestal die
van een sloot, maar dan meestal
drooggevallen en met gras begroeid, soms een wat groot uitgevallen greppel).
De natuurlijke wadi vormt vaak een goedkope, fraaie, degelijke en duurzame
waterhuishouding. Het via wadi's vertraagd afvoeren van regenwater en het zoveel mogelijk schoon houden en
bergen kunnen belangrijke uitgangspunten zijn bij stedenbouwkundig planningen.
infiltratie-wadi, wadi met infiltratie in redelijk goed
doorlatende bodem (architecture & climat, université
catholique de louvain):
buffer-wadi, wadi met minder goed doorlatende
bodem waardoor teveel aan water bij een bepaalde stand wordt afgevoerd
(architecture & climat, université
catholique de louvain):
gemengde wadi, wadi bij een doorlatende bodem van 1-20 mm/u
kan geschikt zijn voor infiltratie maar bij langdurige of hevige
regen is de aanvulling van een te
regelen afvoer wenselijk (architecture & climat, université
catholique de louvain):
beslisboom soort wadi; geen wadi, infiltratie-wadi,
buffer-wadi, gemengde wadi (aangepast, architecture & climat, université
catholique de louvain):
artist's impression van een wadi met wel heel veel water om de woningen
(leve de muggen):
vermijden van voedselrijk water
stimuleert de groei van waterplanten (voedselrijk water geeft teveel
ongewenste kroos en algen e.d.)
B
oevervegetatie
richt je watergang in voor
gemakkelijk ecologisch "slootschonen" waarbij een deel van de
vegetatie blijft staan
C
waterkwaliteit
zorg dat riolen voldoende
capaciteit hebben om zo min mogelijk overstort te hebben (overstort houdt
in dat bij een extreem groot aanbod een gedeelte van het rioolwater
geloosd wordt op open water als vijvers en singels)
D
beschaduwing
plaats bomen een eindje van het
water of aan noord- en oostzijde van het water om minder schaduw in het
water te hebben;
de kroon van de boom bij voorkeur minimaal 2 m van de watergang (geeft
minder bladeren in het water);
plaats geen bomen en struiken onmiddellijk naast een natuurvriendelijke
oever (NVO, vaak een oever die naar het water langzaam afloopt zodat
dieren gemakkelijk in en uit het water kunnen)
E
doorstroming
creër zoveel mogelijk
doorstroming in voedselrijk water, vooral in voorjaar en zomer;
als er keuze is in aanvoerwater, kies het meest voedselarme water
F
helder water
ga inlaat van troebel water
tegen; als de bron van het aanvoerwater troebel is, probeer dan met
natuurviendelijke oevers, bezinkbakken of aanplant van riet de
vertroebeling te verminderen
G
waterdiepte
creëer diepere en ondiepere
plekken in de watergang, tot een diepte van 150 cm;
minimale diepte afhankelijk van de situatie, bijvoorbeeld van het talud
(ondiep water wordt wel snel op, dus geen brede ondiepe watergangen maken
H
indirecte vervuiling
geen hondenuitlaatveldjes direct
naast de watergang;
prullenbakken e.d. op afstand van het water houden om zwerfvuil te
vermijden
I
lozingen
loos aangevoerd hemelwater niet
direct op de watergang maar via zandvang of infiltratieberm;
dit werkt vertragend bij de aanvoer dus bij een hoosbui moet hemelwater
bij voorkeur tijdelijk opgevangen kunnen worden
houd duikers zo kort mogelijk en
voldoende gevuld met lucht (minstens 1/3 lucht);
houd bij bruggen rekening met voldoende doorvaarthoogte (indien van
toepassing)
K
beheer
stel een beheers- en onderhoudsplan op
wadi voorbeeld met aandachtspunten; klik voor groter
(sfeerbeeld wadi levendig, tekening studio
ronald van der heide):
maximaal toelaatbare stijging waterpeil (grondwaterpeil)
bij een wadi (eventueel infiltratie in natuurlijke oevers e.d., restant
als water op het bestaande peil van de singel/sloot/wadi/greppel):
principe van een wadi met percolatiekoffer en afvoer/drainage; klik voor
groter! (antea
group oranjewoud):
voorbeelden van wadi's:
wadi in de woerd, utrecht, vasalisplantsoen, "onder" het
laaggelegen donkere groen bevindt zich water; en de volgende foto wanneer
het een tijdje geregend heeft (foto joostdevree):
door wadi ontstaat een langzamer afvoer van hemelwater naar het riool
(foto joostdevree):
Voor de betekenis van de bekende term wadi zijn een aantal varianten gemaakt:
- WADI staat voor Water Afvoer door Drainage en Infiltratie (afstudeerproject Erik Donkers,
TU Delft). Het is dus een zogenoemd backroniem omdat het refereert aan de
wadi als droge rivier.
- WADI stond ooit voor WAter Data Infrastructuur en was een milieuvriendelijk
systeem voor de afvoer van regenwater.
De term wadi is het Arabische woord voor vallei, "dal, seizoenale rivierbedding"; bron Etymologiebank.
De term percolatie is afkomstig van het Latijnse per-colo (filteren) of
percolari (doorsijpelen).