home  

discl. / ©, lid NVJ

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Toets een onderwerp in het zoekboxje, of
klik op één van de letters A..Z hierboven.
(Oud-)student(e) Archit., Bwk, Civ. Techn.?
Iets schrijven voor de site, als auteur?
Mail even naar Joostdevree


Amsterdamse School

 

Amsterdamse School (1910-1940)

De Amsterdamse School wordt gezien als expressionistische bouwstijl in Nederland die veel verticale accenten in de gevelindeling gebruikte. Men gebruikte "eerlijke" materialen, zoals baksteen en hout. Beton en staal komt bij de Amsterdamse School niet in het zicht, die vond men niet passen bij het handwerk dat men in het gebouw tot uitdrukking wilde brengen. De bouwwijze was expressief, veel siermetselwerk van handvormstenen. Ook wordt de stijl gekenmerkt door grillige kozijnvormen in zwaar hout, vaak laddervensters met meerdere horizontale roeden, ramen in glas-in-lood en accenten bij deuren, portieken en doorgangen. Alles wordt wat plastischer; men bouwde golvende gevels. Men paste veel materialen onconventioneel toe, zoals dakpannen als muurbekleding. De daken zijn veelal steil en soms met torentjes versierd. Bij de Amsterdamse School gaat het onderdeel Arts van Arts and Crafts overheersen.
De horizontale lijn is één van de meest karakteristieke eigenschappen van de Amsterdamse School, vaak met verticale accenten waardoor de Amsterdamse School wat weg heeft van de Art Deco. Door nieuwe, juist niet zichtbare constructies van gewapend beton of staal was het nu mogelijk een raam in een bakstenen muur breder te maken dan de hoogte. 
Architecten van de Amsterdamse School beschouwden het gebouw meer als een Gesamtkunstwerk: in deze stijl zijn ook meubels, lampen e.d. gefabriceerd. De hoofdgedachte was dat een plezierige woonomgeving (en werkomgeving) positief was voor het algehele welzijn van de arbeiders; de woningbouwverenigingen omarmden dit niet-uitgesproken ideaal door veel opdrachten te verstrekken. Vanaf 1925 is het een meer zakelijk expressionisme geworden.

Kenmerken Amsterdamse School op een rijtje
- het handwerk/vakmanschap is zichtbaar: siermetselwerk, handvormstenen
- plastische architectuur, massieve vormen, soms golvende gevels
- de horizontale lijn overheerst
- verticale accenten in de gevelindeling
- grillige kozijnvormen
- laddervensters
- gebruik van "eerlijke" materialen, zoals baksteen en hout
- steile daken
- torentjes
- lijkt wat op de Art Deco
- streven naar Gesamtkunstwerk
- streven tot verbeteren van de maatschappij (plezierige woon- en werkomgeving).


De Amsterdamse School grijpt, wellicht onbewust, terug op de Middeleeuwen: baksteen, massieve vormen, bogen, torens. Maar er komen ook wel witgepleisterde gevels voor. 
Het functionele is ondergeschikt aan de vormgeving. Bij landhuizen in deze bouwstijl zijn de daken merendeels van riet en plastisch gemodelleerd.


De stroming is een reactie op het rationalisme van Berlage die in de mening van de architecten van de Amsterdamse School te strak en te zakelijk was.
De Amsterdamse School streefde naar fantastische vormen. Dit was een protest tegen de eisen van het gebruik en de constructie. Men vond dat er geen rekening werd gehouden met de bewoners en met de vormgeving en indeling van het gebouw. Ook is het gebouw pas compleet wanneer het is ingericht. Toch zou ook in deze periode blijken dat de architecten zich meer zagen als kunstenaars die wel weten wat goed zou zijn voor de burger (een denkbeeld dat nog steeds aanhangers vindt).

Deze expressionistische bouwstijl beheerste vanaf ongeveer 1910 tot eind jaren twintig de architectuur (vooral woningbouw, scholen en bruggen) in Amsterdam en de directe invloedssfeer, zoals het Gooi, het kunstenaarsdorp Bergen en het tuindersdorp Aalsmeer. Verder heeft deze stijl het bouwen in Groningen lange tijd in hoge mate beïnvloed. 

Belangrijkste architecten van de Amsterdamse School zijn M. de Klerk (Michel), P.L. Kramer (Piet), J.M. van der Meij (Joan, Jo, Jan) en J. Crouwel (Joop, Joseph) jr. Veel beeldhouwwerk aan gevels van de Amsterdamse School werd door Hildo Krop en W.C. Brouwer uitgevoerd. In Duitsland zijn expressionistische architecten o.a. Fritz Höger, Erich Mendelsohn, Hans Poelzig en Bruno Taut.

Er zijn veel bouwwerken in de bouwstijl van De Amsterdamse school opgericht omdat er in Amsterdam door de toename van het aantal minder draagkrachtige inwoners een groot woningtekort was van redelijke woningen en de socialistische gemeente daarop inspeelde met veel nieuwbouw (bv. wethouder Wibaut).

Groninger variant
De Groninger variant van de Amsterdamse School heeft lange tijd gebloeid. Kenmerkend zijn o.m.:
- iets minder decoraties en minder golvend metselwerk / gevels (door de Calvinistische achtergrond?)
- meer kubistisch  
- gebruik van sterke kleuren (mogelijk onder invloed van de Groninger kunstkring De Ploeg, veel rood, groen, okergeel). 
- gebruik van mondsteen als expressief element. 
Belangrijke architecten van de Groningse variant van de Amsterdamse School zijn o.m. Sieben Jan Bouma (stadsarchitect) en Egbert Reitsma.


voorbeeld van "de horizontale lijn", golvende "geboetseerde" gevels en torens (spaardammerbuurt):


voorbeeld van de verticale accenten:


r.k. kerk onze lieve vrouw van zeven smarten, panningen, arch. h.w. valk (foto k. roderburg, cultureel erfgoed):  


Documentatie
- 100 jaar Amsterdamse School (speciale uitgave van KNB Baksteen, nummer 68)

- Wendingen (Platform voor de Amsterdamse School, veel voorbeelden)

Zie ook Voorbeelden van de Amsterdamse School, Wendingen (Platform voor de Amsterdamse School, veel voorbeelden), Museum Het Schip, schortjesarchitectuur.

Verg. Nieuwe Haagse School.

Eng. Amsterdam School