ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ Toets
een onderwerp in het zoekboxje, of
klik op één van de letters A..Z hierboven. (Oud-)student(e) Archit., Bwk, Civ. Techn.?
Iets schrijven
voor de site, als auteur?
Mail
even naar Joostdevree
2.
Een boog is een gebogen
overspanning
boven een opening, tussen twee steunpunten en ter ondersteuning van een muur, gewelf,
brug e.d., waarbij de druk (ook) zijdelings wordt afgevoerd.
Een boog bestaat oorspronkelijk uit twee aanzetstenen,
een serie boogstenen en één sluitsteen.
Het hoogste punt van een boog wordt kruin genoemd. De pijl is de
loodrechte afstand tussen de kruin en de aanzet
van de boog.
De binnenwelflijn is de lijn aan de onderzijde ("binnenzijde")
van de boog; de buitenwelflijn is de lijn aan de bovenzijde
("buitenzijde") van de boog.
De Romeinen hebben voor het eerst de boog toegepast die bestaat uit wigvormige stenen en die aan weerszijden rust op
pijlers, zie de foto hieronder
(rechtsboven). Een aantal gewelven
zijn van deze grondvorm afgeleid.
De term boog is ontleend aan het Protogermaanse buga
(boog; denk ook aan buigen). Het Oudnederlandse thenedon bogo
betekent "zij spanden hun boog" (10e eeuw); het
Middelnederlandse boghe betekende ook "gebogen voorwerp"
(1240); bron Etymologiebank.
Zie, naast de diverse boogsoorten, ook bijvoorbeeld aanzetsteen, aquaduct,
boogfries, gewelf
en bij de term fries (het fries heeft veel
verschijningsvormen met bogen).