![]() |
![]() |
![]() |
Ook:
MV. Mechanische ventilatie is een geforceerde ventilatie die
vaak wordt toegepast
om "verbruikte" leeflucht af te voeren en verse
(buiten)lucht aan te voeren. Te weinig ventilatie geeft een ongezond
binnenklimaat, maar teveel ventilatie geeft onnodig energieverbruik, onnodige
geluidshinder van het ventilatiesysteem en mogelijk last van tocht.
Bij mechanische ventilatie wordt de "vervuilde" lucht uit de ruimte
(kamer) mechanisch afgevoerd (via één centraal opgestelde elektrische ventilator), terwijl verse lucht wordt aangevoerd
via ventilatieroosters in de gevel of het raam, geopende (klep)ramen en (vooral
bij oudere bouw) eventueel
kieren e.d.
Methode
De mechanische afzuiging vindt meestal centraal plaats, vaak op
zolder en bij voorkeur in een aparte kast.
De afzuigpunten (afzuigventielen) bevinden zich op verschillende punten in huis, bij voorkeur
in elke
aparte ruimte, maar meestal in woonkamer en de "natte ruimten" keuken,
badkamer, wc en eventueel de ruimte met de wasmachine/droger.
De ventilatieroosters voor de aanvoer
van verse lucht bevinden zich in de gevel, meestal als ventilatieroosters aan de
bovenzijde van het raam. Door zogenoemde overstroomopeningen kunnen alle kamers
voorzien worden van verse lucht; bijvoorbeeld spleten onder binnendeuren zijn
overstroomvoorzieningen. Wanneer er veel lawaai van buiten kan komen, kunnen suskasten
in de ramen worden toegepast. Wanneer men geen kieren onder deuren wil, kan men
akoestische deurroosters toepassen die het
geluid fors dempen terwijl er toch lucht aan- en afgevoerd kan worden.
De mate van ventilatie (het debiet) kan geregeld worden met een standenknop of
automatisch met behulp van één of meer sensoren, of via een tijdsinstelling,
maar ook door het virtueel bundelen van kamers:
- via een standenknop (meestal 3 tot 4 standen) kan de kracht van het systeem ingesteld worden; bij het
4-standen-systeem is stand 1 de automatische en 2-3-4 zijn
laag-midden-hoog; meestal bevindt de standenschakelaar zich in de keuken maar
soms zijn er meer schakelaars en is er ook één in de badkamer (in de badkamer
met een timer); veel schakelaars werken op RFT
om het signaal door te geven
- via sensoren kan de kracht van de ventilatie geregeld worden aan de hand van de hoeveelheid CO2 in de
kamer of de relatieve vochtigheid van de lucht
of fijnstof of
(theoretisch althans) de concentratie van vluchtige organische oplosmiddelen (VOC);
ook is soms een tijd instelbaar (timer-functie)
- met zonering kan één afzuigpunt een zone zijn of een aantal
afzuigpunten worden gecombineerd tot één zone (bijv. woonkamer is 1 zone, alle slaapkamers
vormen 1 zone, of elke slaapkamer is een aparte zone), waardoor de mate van
ventilatie meer overeenkomt met wat wenselijk is in een bepaalde ruimte
- wanneer de ventilatieroosters geregeld kunnen worden (anders dan via
handbediening), dan moet die regelbaarheid in druk een nauwkeurigheid hebben van
Δp
<= 1 Pa.
Er zijn veel verschillende typen standenschakelaars en sensoren die met de
mogelijkheden van de aanvoer- en afvoerunits moeten corresponderen. Sommige
schakelaars hebben bijvoorbeeld de standen: automatisch (regelen o.b.v. de
sensoren), laag, hoog, timer. Maar de units moeten dit wel aankunnen.
Bij nieuwe huizen is het in Nederland vaak een
centraal opgestelde continue mechanische ventilatie: om in de
bijna potdichte (kierdichte) huizen de lucht te verversen is permanente mechanische
ventilatie noodzakelijk. De standenschakelaar hoort daarom altijd
minimaal op stand 1 te staan, ook bij afwezigheid (vaak is er geen stand nul).
Bij mechanische ventilatie met warmteterugwinning wordt
de warmte van de afvoerlucht bijvoorbeeld gebruikt om tapwater te verwarmen of
voor ruimteverwarming, dus
niet om koele, binnenkomende verse lucht op
te warmen omdat die via diverse ventilatieroosters de woning binnenkomt.
De aanvoer van verse lucht is meestal natuurlijk (passief), maar er kunnen ook
ventilatoren worden toegepast die de verse lucht naar binnen voeren. Om bij
sterkere wind tocht door de ventilatieroosters te vermijden, kunnen speciale winddrukgeregelde
roosters worden toegepast. Hierbij laat een in het rooster ingebouwde klep bij
wisselende winddruk toch een meer of minder constante stroom verse lucht
passeren.
Methoden van ventilatie
Mechanische ventilatie is één van de vier systemen waarmee een gebouw/woning
van verse lucht werd of wordt voorzien. In de vakhandel is mechanische ventilatie bekend
als Systeem C (mechanische afvoer, natuurlijke toevoer). Bij nieuwbouw wordt
uitsluitend systeem C of D toegepast, of (omdat elk systeem zijn
eigenaardigheden heeft) systeem E (vroeger systeem X genoemd), wat een
combinatie is van systeem C en D.
principes | natuurlijke toevoer | mechanische toevoer |
natuurlijke afvoer (bij nieuwbouw nauwelijks meer natuurlijke afvoer) |
systeem A ("natuurlijke ventilatie"; alleen nog bij oudere bouw) |
systeem B (werd vroeger vaak gecombineerd met luchtverwarming) |
mechanische afvoer (nodig i.v.m. luchtdichtheid gebouwen) |
systeem C ("mechanische ventilatie"; ; natuurlijke toevoer, mechanische afvoer) |
systeem D ("balansventilatie"; mechanische toe- en afvoer) |
Omdat er veel varianten zijn, zijn de voor- en nadelen bij die varianten
opgenomen (zie verderop).
Voordelen mechanische ventilatie (algemeen)
Door de relatieve eenvoud van mechanische ventilatie zijn de
voordelen:
- vraaggestuurd door middel van sensoren (CO2, luchtvochtigheid, fijnstof,
beweging)
- neemt weinig plaats in (minder ventilatiekanalen dan bij balansventilatie)
- geluidsarm (bij natuurlijke aanvoer verse lucht)
- ideaal voor nieuwbouw én renovatie
- veel varianten mogelijk (ruim toepasbaar)
- beperkt en goedkoop onderhoud
- er kan ieder moment worden ingegrepen via de standenschakelaar
- door de eenvoud begrijpelijk voor de bewoner, dus de foutkans is zeer gering
- door de ventilatieroosters is nachtventilatie
(vooral prettig in hete zomers).
Nadelen mechanische ventilatie (algemeen)
- kans op koudeval bij geopende ventilatieroosters (oplossingen: bij
zelfregelende roosters minder vaak hinder van koude lucht, er zijn ook roosters
die de koude lucht naar boven stuwen zodat die gemengd wordt met warme lucht in
de kamer)
- exacte ventilatiehoeveelheden alleen te garanderen bij afzuiging per vertrek
- mogelijk geluidshinder van de mechanische afzuigunit (als die niet in een
gesloten, geïsoleerde kast staat)
- mogelijk geluidshinder in de ruimten met afzuigventielen
- afhankelijk van elektriciteit (wat voor alle systemen geldt, behalve systeem
A; voordeel is het ventilatierooster dat altijd open dan wel dicht gezet kan
worden).
Aspecten van mechanische ventilatie (bron o.m. "Mechanische
ventilatie in woningen" van het Lente-akkoord)
- Ontwerp de installatie zo, dat ze bijvoorbeeld al in stand 2 de capaciteit haalt die het Bouwbesluit eist.
(Gemak, Capaciteit, Geluidshinder)
- Maak een leidingensysteem waarbij de leidingen een forse diameter hebben en
zonder scherpe bochten. (Capaciteit, Geluidshinder)
- Voorkom extra bochten in het leidingwerk van het ventilatiekanaal. (Gemak,
Geluidshinder)
- Zorg voor een 3D-ontwerp van de kanalen. De leverancier van de kozijnen en
ventilatieroosters is een andere dan de installateur van de mechanische
ventilatie. Zorg voor de juiste afstemming! (Gemak, Capaciteit, Geluidshinder)
- Pas geluiddempers van de juiste lengte toe op kritische punten bij de MV-box
(MV is Mechanische Ventilatie). Zorg in het ontwerp dat de installateur daarvoor voldoende ruimte heeft.
(Capaciteit, Geluidshinder)
- Gebruik ventilatiekanalen die zo weinig mogelijk weerstand geven, bijvoorbeeld
die glad zijn aan de binnenzijde. (Geluidshinder)
- Leg voor ieder afzuigpunt een apart ventilatiekanaal aan zodat er geen vertakkingen zijn. Daardoor is het bovendien
gemakkelijker om de kanalen van binnen schoon te maken.
(Gemak, Geluidshinder)
- Werk zorgvuldig en zie daarop toe. Bescherm tijdens de bouw alle onderdelen tegen beschadiging en vervuiling.
(Capaciteit, Geluidshinder)
- Monteer de box van de mechanische ventilatie op een wand met een massa van minstens 200 kg per vierkante meter. Het geluid wordt dan niet doorgegeven.
Deze box heeft de MV-box; de unit die voor afvoer van lucht zorgt.
(Geluidshinder)
- Zorg dat er minstens twee deuren zijn tussen een (slaap)kamer en de MV-box, bijvoorbeeld door de MV-box in een af te sluiten kast te hangen.
(Geluidshinder)
- Kies voor meer afzuigpunten. Niet alleen in keuken, toilet, badkamer en
woonkamer, maar ook in de andere verblijfsruimten, vooral in de slaapkamers (dan kan ieder kiezen voor gesloten deuren, open ramen, geen hoge kieren onder of boven de deur enz.). Op deze manier wordt een deel van de "kortsluiting" vermeden;
kortsluiting kan optreden wanneer er bijvoorbeeld een raam open staat en ook de deur naar de
hal. (Capaciteit, Verdeling)
- Als niet iedere leefruimte zijn eigen afvoerkanaal heeft: vermijd "kortsluiting"; zorg in de ontwerpfase dat er voldoende afstand is tussen te openen ramen en afzuigpunten.
(Capaciteit, Verdeling)
- Kies een systeem met vraagsturing, liefst op basis van CO2-meting per
afzuigpunt, meestal per kamer. (Capaciteit, Verdeling) Overigens, het
CO2-gehalte mag max. 1200 ppm
zijn, maar vaak is de ventilatie al geactiveerd bij ca. 1050 ppm CO2.
- Alleen voor de ruimten die geen eigen afvoerkanaal hebben: gebruik bij ventilatie "onder/boven de deur door" een profiel dat wel lucht, maar geen licht doorlaat; kies eventueel deuren met een overstroomvoorziening aan de bovenkant.
(Capaciteit, Verdeling)
- Sluit de afzuigkap van de keuken niet aan op de mechanische installatie
(helaas is die fout toch geregeld gemaakt), maar zorg voor een recirculatiekap
of liever een afvoer rechtstreeks naar buiten. Een afzuigkap met een motor en een eigen afvoer heeft een hogere capaciteit en vervuilt de kanalen van het ventilatiesysteem niet.
(Capaciteit, Verdeling)
- Uitsluitend handbediening van ventilatieroosters heeft het nadeel dat die
volledig dichtgezet kunnen worden, wat ongezonde kamerlucht geeft; en altijd volledig open
kost door opwarmen extra energie. (Capaciteit, Verdeling)
- Als het enigszins mogelijk is, zorg dan voor grote openingen (aan- en afvoer)
over verschillende gevels en verdiepingen verspreid om grote drukverschillen te
vermijden (denk wel aan inbraakwering). (Geluidshinder, Capaciteit, Verdeling)
- Zelfregelende ventilatieroosters hebben het voordeel dat de stand van
het ventilatierooster mede afhankelijk is van de winddruk. Bij harde wind wordt
minder lucht ingelaten (meer comfort (minder tocht), minder energieverlies door
teveel koude lucht. (Gemak, Capaciteit)
- Er bestaan ook zelfregelende ventilatieroosters die de toegevoerde lucht
elektrisch voorverwarmen, maar dat is uiteraard niet echt gunstig voor het
energieverbruik.
- Een optie is regeling op CO2, luchtvochtigheid e.d. op toevoer
("sturing op toevoer per verblijfsruimte"), waarbij CO2-gestuurde
ventilatieroosters het rooster openen als er teveel CO2 is en een seintje geven
naar de afvoerunit. Wanneer de afvoerunit in dezelfde ruimte opgesteld is, is
dat goed; bij centraal opgestelde afvoerunit betekent dit dat er in alle andere
ruimten ook meer afgezogen wordt. (Gemak, Verdeling, Geluidshinder)
- Een optie is regeling op CO2, luchtvochtigheid e.d. op afvoer
("sturing op afvoer per verblijfsruimte"), waarbij afvoer per
kamer geregeld is en daarmee ventilatie afhankelijk is van de behoefte. Dit
spaart energie, geeft meer comfort, is gezonder, geeft geen ventilatiehinder van
geopende ramen e.d. in andere kamers. Overigens, de sturing kan centraal
plaatsvinden, maar dat is niet nuttig. (Gemak, Capaciteit, Verdeling)
- Voorzie in een vorm van calamiteitenschakelaar in het geval er geen lucht van buiten mag worden
toegevoerd (na de melding "sluit de ramen" door de overheid; vaak
zal "stekker eruit" voldoende zijn).
- Handig is als er een vorm van feedback is van het ventilatiesysteem,
bijvoorbeeld via een duidelijk bericht op een kleine display in de meterkast of
bij de standenschakelaar (geen code, dan moet er weer een handleiding bij).
- Regel het systeem goed in! Dat wil zeggen: ga na of het ventilatiedebiet voor
elke ruimte voldoet aan wat gesteld is. Een ventilatieprestatiekeuring (VPK) zou
eigenlijk bij elke nieuwbouw plaats moeten vinden...
- Denk aan het onderhoud dat de bewoner zelf moet uitvoeren (schoonmaken
filters, ventielen, ventilatieroosters en, voor zover mogelijk, leidingen).
Noteer de freqeuentie of de maanden daarvan op een kaartje in de meterkast. Geef
op de afzuigventielen aan waar het ventiel zich bevindt en welke de juiste stand
is (met een watervaste viltschrijver op een plaats die niet zichtbaar is na
terugplaatsen), dan wordt de kans aanzienlijk kleiner dat na
schoonmaak/onderhoud een ventiel op een verkeerde plaats wordt gezet of in een
foutieve stand.
- Denk aan een onderhoudsabonnement, te vergelijken met een abonnement op het
onderhoud van de centrale verwarming. De MV-box moet eenmaal per twee jaar
worden nagezien en ventilatiekanalen moeten eenmaal per vier jaar worden
gereinigd.
- Bij een slecht aangelegde installatie kan men door het lawaai van de
installatie wel eens overgaan tot het uitschakelen van de mechanische ventilatie
tijdens de nacht. Denk er wel aan dat er dan een andere manier van
luchtverversing moet zijn (knipje op het raam, ventilatierooster open zetten).
- Bij een collectief systeem (gestapelde bouw) is de volgende opstelling
aan te raden: één collectieve afzuigunit (dakventilator) en per woning/flat
een eigen ventilatorunit; de dakventilator zorgt voor een permanente, lichte
onderdruk in het collectieve kanaal, waardoor terugstroming van lucht (en
daarmee "luchtjes" van anderen) wordt vermeden. Als extra veiligheid
kan elke woning van een terugslagklep worden voorzien. Sluit ook bij het
collectieve systeem geen mechanische afzuigkappen aan op de mechanische
afzuiging.
- Bij balansventilatie,
een andere manier van ventileren (gebalanceerde ventilatie, systeem D uit de
tabel bovenaan de pagina), worden zowel de aanvoer als de afvoer van lucht mechanisch
geregeld. Voordelen mechanische ventilatie t.o.v. balansventilatie: minder
kosten installatie en onderhoud, en er is wat meer zekerheid van frisse buitenlucht. Nadelen
mechanische ventilatie t.o.v. balansventilatie: door de natuurlijke aanvoer is er iets meer kans op koudeval langs de
ramen (maar door de ventilatieroosters de lucht naar boven te laten stuwen,
wordt dat vermeden), de lucht van buiten wordt niet gefilterd,
warmteterugwinning gaat makkelijker bij balansventilatie
- bij draadloze ventilatiesystemen (ongeacht het ventilatiesysteem, maar
vooral bij draadloos via RF/radiofrequentie) moet rekening gehouden worden met
andere draadloze systemen en met specifieke bekabelingen i.v.m. het soms
optreden van storingen door:
. andere bronnen van draadloze systemen (vloerverwarming e.d.)
. door bijvoorbeeld de bekabeling van zonnepanelen (als een ventilatie-unit in
de buurt van de gelijkstroom (DC) bekabeling en omvormers van de zonnepanelen
wordt geplaatst, door inductielussen in de DC-bekabeling kunnen de kabels tussen
de zonnepanelen en omvormers als ongewenste zendantennes gaan fungeren
. draadloze signalen worden gedempt door lagen isolatie en door allerlei
systemen met veel metalen leidingen (vloerverwarmingssystemen, waterleidingen in
verdiepingsvloeren e.d.)
- oplossingen voor stroingen van draadloze componenten: installeer bedrading
zodat draadloos niet nodig is, verlaag de frquentie van 866 naar 433 MHz (minder
storingsgevoelig, gebruik een wifi-sgnaal.
Systeemvarianten mechanische afzuiging
Mechanische ventilatie heeft o.m. de volgende technische invullingen
(systeemvarianten), waarbij altijd:
- natuurlijke aanvoer via ventilatieroosters (niet mechanisch, meestal veel
ventilatieroosters; eventueel zelfregelende roosters)
- mechanische afvoer (altijd centraal staat, één apparaat; bediening met
meerstandenschakelaar of tijdsturing of sensor-sturing).
Opmerkingen:
- De afzuiging van (kook)lucht in de keuken wordt apart uitgevoerd
(recirculatie of een apart circuit met eigen afvoerkanaal).
- De systeemvarianten worden aangegeven met Cnx. In veel documenten staat
C.nx maar die "tussenpunt" is onnodig en werkt juist verwarrend.
syst | hoofdkenmerken, voordelen, nadelen |
C1 algemeen: Handmatige bediening ventilatieroosters en afvoerventilator |
|
C1 | handmatige bediening ventilatie
roosters
(aanvoer), handmatige bediening centrale afvoer ventilator afbeelding opmerking: wordt voor nieuwbouw nauwelijks meer toegepast i.v.m. comfort voordeel: eenvoud (handbediend, wel een meerstanden schakelaar), prijs nadeel: zonder enige vorm van sturing op vervuilde lucht e.d., i.v.m. energiekosten houden sommigen de roosters dicht en zetten de afvoer uit en dat is bij een goed geïsoleerde en kierdichte woning verre van ideaal |
C2 algemeen: Winddrukgeregelde ventilatieroosters en handmatige bediening ventilatieroosters |
|
C2a | winddrukgeregelde ventilatieroosters, handmatige bediening centrale afvoer ventilator afbeelding opmerking: wordt voor nieuwbouw nauwelijks meer toegepast i.v.m. betere alternatieven voordeel: aanvoer regelt zichzelf (regelklep op veerdruk), eenvoud (meerstanden schakelaar), prijs nadeel: er wordt mogelijk te weinig geventileerd (bij langdurig stormweer), aanvoer regelt zichzelf ook als je afwezig bent of als ventilatie anderszins niet nodig is |
C3 algemeen: Tijdsturing (automatisch volgens ingesteld tijdschema), afvoer zonder zonering |
|
C3a | tijdsturing op afvoer via mechanische ventilator centraal handmatige bediening ventilatieroosters afbeelding voordeel: tijdsturing (vast tijdschema gebaseerd op de vermoedelijke bezettingsgraad van de woning als geheel, eventueel door gebruiker aan te passen; bij afwezigheid volgens het schema wordt in de laagste stand geventileerd) nadeel: tijdschema kan botsen met de werkelijkheid (je moet actie ondernemen als het patroon van aanwezigheid verandert), in sommige kamers wordt teveel of te weinig geventileerd, kans op tocht (handmatige bediening roosters) |
C3b | tijdsturing op afvoer via mechanische ventilator
centraal winddrukgeregelde ventilatieroosters afbeelding voordeel: aanvoer regelt zichzelf, afvoer tijd-instelbaar (zie bij C3a), minder kans op tocht (door winddrukgestuurde bediening) nadeel: tijdschema kan botsen met de werkelijkheid (je moet actie ondernemen als het patroon van aanwezigheid verandert), in sommige kamers wordt teveel of te weinig geventileerd |
afbeelding | |
C3c | tijdsturing per kamer op aanvoer
(ventilatieroosters) mechanische ventilator centraal afbeelding voordeel: sturing per verblijfsruimte, bij afwezigheid volgens het tijdschema is het ventilatie rooster gesloten, energetisch interessant als veel kamers niet gebruikt worden, geen zonering noodzakelijk omdat alles bij aanvoer (toevoer) per kamer wordt geregeld, optie is CO2-sturing door sensor op mechanische ventilator afvoer nadeel: tijdschema kan botsen met de werkelijkheid ( je moet actie ondernemen als het patroon van aanwezigheid verandert), wanneer er CO2-sturing is en de ventilatie roosters staan (via tijdschema) dicht, is er onderdruk en kan er wellicht lucht vanuit ongewenste bron binnenkomen (kruipruimte, open haard e.d.) |
C4 algemeen: CO2–sturing op afvoer en/of aanvoer, (sensor opent ventilatieroosters in de ruimte als dat nodig is, bij een bepaalde CO2-waarde, en sluit ze weer als de lucht een CO2-waarde onder een bepaalde waarde heeft) afvoer zonder zonering |
|
C4a | winddrukgestuurde zelfregelende ventilatieroosters, CO2-sturing op afvoer door één sensor (in de woonkamer) afbeelding voordeel: aanvoer regelt zichzelf (je hoeft geen tijd o.d. in te stellen), CO2-gestuurde afvoer én aanvoer (geen hoofdpijn) nadeel: alleen in de woonkamer een sensor (niet in slaapkamers, eetkamer e.d. dus mogelijk te weinig ventilatie in die kamers zeker als er niemand in de woonkamer is waar de sturing plaatsvindt), alleen sturing op CO2 dus geen ventilatie op basis van vocht (badkamer) |
C4b | CO2-sturing op aanvoer in tenminste
woonkamer en hoofd slaapkamer, in overige ruimten winddruk gestuurde toevoer, geopend toevoer rooster geeft signaal aan afvoer om af te zuigen (dus indirect ook CO2-sturing op afvoer) afbeelding opmerking: één van de twee voorkeur systemen voordeel: uitsluitend aanvoer en afvoer als het absoluut vereist is, actief geregelde roosters nadeel: alleen sturing op CO2 |
C4c | CO2-sturing op afvoer met sensor per
verblijfsruimte winddruk gestuurde zelfregelende ventilatieroosters eventueel: vocht-sensor in de badkamer afbeelding opmerking: één van de twee voorkeur systemen opmerking: woonkamer en hoofdslaapkamer maar beter nog per verblijfsruimte voordeel: regelt zichzelf, je hoeft geen tijd o.d. in te stellen, CO2-gestuurd (geen hoofdpijn), eventueel vochtgestuurd (op basis van de relatieve vochtigheid) nadeel: prijs, wanneer géén zonering plaatsvindt dan wordt er in andere kamers teveel afgezogen, meer apparaten die onderhouden moeten worden en kapot kunnen gaan |
C5 algemeen: CO2-sturing op afvoer, afvoer met zonering (met zonering kan één of een aantal afzuigpunten worden gecombineerd, bijvoorbeeld woonkamer en open keuken is 1 zone, alle slaapkamers vormen 1 zone, of elke slaapkamer is een aparte zone) |
|
C5a | CO2-sturing op afvoer in
tenminste woonzone en slaapzone, winddruk gestuurde zelfregelende ventilatieroosters, afvoer met zonering, eventueel: vocht-sensor in de badkamer opmerking: lijkt sterk op C4c, maar dan met zone-indeling, sturing via CO2 in woonkamer en in hoofdslaapkamer voordeel: regelt zichzelf, zonering nadeel: gecompliceerder geheel, inregelen zonering |
C5b | Identiek aan C5a, maar nu voor elke
verblijfsruimte een afzonderlijk afvoerpunt opmerking: in de praktijk een regelklep per kamer (de plaats van die klep verschilt blijkbaar per leverancier) voordeel: elke verblijfsruimte heeft zijn eigen afvoerpunt |
De "beste keuze"
In het Lente-akkoord is als beste keuze vermeld (dus vooral C4b of C4c):
- meer afzuigpunten in huis, elk afzonderlijk geregeld (niet alleen in keuken, badkamer, toilet,
maar ook woonkamer en elke slaapkamer)
- ieder afzuigpunt een eigen ventilatiekanaal
- ruime ventilatiekanalen, ruime bochten
- winddrukgeregelde ventilatieroosters
- regeling van de luchtstroom per kamer op basis van CO2 en eventueel
vochtigheid
- een afsluitbare kast om de MV-box
- warmteterugwinning uit afvoerlucht (als die warmte tenminste bruikbaar is).
principe van mechanische ventilatie; klik voor groter (pdf lente-akkoord) ![]() |
Tabel met ventilatiemethode cijfer-notatie in NEN 1087 met verwijzing naar traditionele letternotatie (verblijf is verblijfsruimten zoals woonkamer en slaapkamer, natte is natte ruimten zoals keuken, badkamer, wc; systeem E (of X) is meestal een combinatie van systeem C en D) (hier de gehele tabel):
typ | ruimte | luchtstroom (ventilatie methode) | syst | ||
3 | verblijf | toevoer | natuurlijk | direct | C |
afvoer | mech. | indirect | C | ||
natte | toevoer | mech. | indirect | C | |
afvoer | mech. | direct | C | ||
4 | verblijf | toevoer | natuurlijk | direct | C4C |
afvoer | mech. | direct | C4C | ||
natte | toevoer | mech. | direct | C4C | |
afvoer | mech. | indirect | C4C | ||
7 | verblijf | toevoer | mech. | direct | E(X) |
afvoer | mech. | direct | E(X) | ||
natte | toevoer | mech. | indirect | E(X) | |
afvoer | mech. | direct | E(X) |
verdeelbox mechanische ventilatie met regelbare kleppen; ieder afvoerpunt is met een eigen afvoerkanaal hierop aangesloten; met de kleppen wordt de capaciteit per afvoer geregeld (pdf lente-akkoord): ![]() |
voorbeeld van een verdeelbox; in elke doorzichtige mof zit een klep die op basis van co2, luchtvochtigheid en vluchtige organische stoffen kan worden gestuurd; klik voor groter (pdf lente-akkoord): ![]() |
zelfregelend ventilatierooster; bij winddruk sluit het groene flapje de instroomopening meer of minder af; de bewoner kan het afdekrooster eraf nemen om het geheel schoon te maken (pdf lente-akkoord): ![]() |
akoestisch deurrooster, silendo; dit deurrooster heeft een zeer hoge geluidsdemping (Rw-waarde) van maar liefst 32 dB terwijl er toch lucht kan worden aan- en afgevoerd (akoestiekwinkel): ![]() |
deurrooster bovenaan deur; valt minder op dan in het deurvlak zelf en geeft geen inkijk; deurdiktes vanaf 35 mm; gemakkelijk in te korten; mate van akoestische demping niet bekend (model invisido van tilmar bouwspecials): ![]() |
Documentatie
- Mechanische
ventilatie in woningen
Het woord mechanisch betekent "werktuigkundig,
machinaal; werktuigelijk", ontleend aan Duits mechanisch uit het Latijnse
mechanicus (werktuigkundig enz.), dat is ontleend aan het Griekse mekhanikos
(technisch, vindingrijk, betreffende werktuigen), een afleiding van mekhane
(instrument, werktuig); bron Etymologiebank.
Zie ook natuurlijke ventilatie,
balansventilatie, ventilatie,
condensatie, bouwfysica.
Eng. mechanical ventilation