Ook:
staande voeg. De stootvoeg is de verticale voeg bij
metselwerk. (De horizontale voeg heet lintvoeg.)
Bij het zogenoemde "doorstrijken"
wordt de voeg in dezelfde arbeidsgang gemaakt als het metselwerk: de specie
wordt bij het aanbrengen van de metselstenen licht naar buiten geduwd en na
ongeveer een half uur kan deze specie bij de voegen afgewerkt worden met een voegspijker of
voegroller.
Als niet doorgestreken wordt, worden stootvoegen volgewerkt door een bal mortel in de hand te
nemen en met de andere hand deze mortel met de voegspijker in de
voeg te werken. Wordt de muur te droog, bevochtig deze dan opnieuw.
Na
het voegen: borstel na om overtollige mortel te verwijderen.
Open stootvoeg
Een open stootvoeg is een staande voeg zonder voegspecie:
- voor een bepaalde beluchting van de spouw
- als uitlaat om water naar buiten af te voeren.
Open stootvoegen vinden we bij alle horizontale beëindigingen van het metselwerk, zoals boven een kozijn, bij de dakaansluiting,
vlak boven het maaiveld en boven ingemetselde waterkeringen.
Voor voldoende afvoer moet één stootvoeg per 3 à 4 strekken worden opengelaten. Bij de fundering
wordt wel eens overwogen om 1 stootvoeg per 2 strekken aan te houden.
Vlak boven het maaiveld vinden we open stootvoegen voor ventilatie en vlak boven
de fundering voor afvoer van water uit de spouw.
Voor de
aanduiding niet-geventileerde spouw mogen uitsluitend open stootvoegen
ter plaatse van de fundering en boven kozijnen zijn aangebracht terwijl de
stootvoegopening maximaal 500 mm per m2 metselwerk mag bedragen; de Rc van de
muur mag dan met 0,18 verhoogd worden. Er treedt nauwelijks warmteverlies op bij
deze zogenoemde niet-geventileerde spouwmuren.
Voor een zwak-geventileerde spouw
geldt: 1 open stootvoeg per 1-1,5 m aan boven- en onderzijde gevel (500-1500 mm2
ventilatie-opening per m2 gevelvlak); de Rc mag met 0,09 verhoogd worden.
Stootvoegloos metselwerk geeft de meeste ventilatie en dat geeft een sterk-geventileerde
spouw; de Rc wordt niet verhoogd, maar ook niet verlaagd.
Stootvoegloos werk
Soms wordt (vrijwel) zonder voegen gewerkt of zonder stootvoegen (stootvoegloos
werk), maar dan moeten de
metselstenen zeer exact dezelfde maat hebben; voorbeelden zie bij voeg.
Bij gebruik van lijm in plaats van voegmortel wordt de stootvoeg soms
weggelaten. De lijmlaag in de lintvoeg is meestal veel dunner dan de cementvoeg.
Nadelen zijn:
- vergroot risico van teveel hemelwater in de spouw door het ontbreken van
gevulde (stoot)voegen; vooral bij vensters kan teveel water problemen geven
- er moet secuurder gewerkt worden; een lichte afwijking in
de dikte van de lijmlaag geeft al een afwijkend beeld te zien
- de muur kan een wat doods uiterlijk krijgen met die extreem dunne voegen.
Voordeel is:
- kan archtectonisch interessant zijn
- hoogstwaarschijnlijk zal er geen of minder uitbloeiing en witte uitslag zijn (er is geen
of minder cementvoeg).
Voor berekening van de breedte van de stootvoeg, zie bij koppenmaat.
Stootvoegroosters dienen
om de spouw te ventileren en toch te vermijden dat ongedierte de spouw
binnentreedt (ook bijen en wespen hebben veel interesse in openingen in muren).
open stootvoegen boven een raamkozijn:
open stootvoeg met een stootvoegrooster tegen allerlei
ongedierte (zie ook het bijenbekje):
open stootvoeg in een bouwtekening, vaak met tekst: