Infiltratie
is bijvoorbeeld het langzaam binnendringen van regen in de grond van een
grasland (bodem, aarde, grond, weiland). De berekening van infiltratie van hemelwater in een gebied
is afhankelijk van de verschijningsvorm:
Infiltratie is wat in de
bodem opgeslagen kan worden (dus bijvoorbeeld niet het hemelwater dat in
een sloot belandt). Infiltratiesnelheid is de snelheid waarmee regen in de bodem dring en is
mede afhankelijk van de grondsoort (zie
tabel onderaan dit artikel).
voorbeeld van een vorm van infiltratie gecombineerd met afvoer
(de gemengde wadi):
wadi bij een doorlatende bodem van 1-20 mm/u
kan geschikt zijn voor infiltratie maar bij langdurige of hevige
regen is de aanvulling van een speciaal infiltratiepakket én een te
regelen afvoer wenselijk (architecture & climat, université
catholique de louvain):
(a) Een groot gebied (meestal openbaar, met wadi o.d.)
Een voorbeeld van een indicatie van een berekening van de infiltratie en
bovenberging (buffering buiten infiltratie).
Voorbeeld 1: Gegeven (buiendeel is van KNMI):
- Een hoosbui is 25 mm/uur.
- Zware neerslag is 50 mm/dag.
- Een extreme bui is > 50 mm/uur of 100 mm/dag.
Gegeven is ook:
- De bui duurt 1 uur.
- De grondsoort is fijn zand met een klein bestanddeel grof zand; de
infiltratiesnelheid is 0,5 m/dag (dag is etmaal; de grondsoortentabel staat
verderop).
Gevraagd:
- Welk deel van de gevallen regen tijdens de hoosbui van een uur kan in dat uur
in de bodem worden opgenomen (geďnfiltreerd worden)?
Antwoord: - Hoeveel regen valt er?
Na een hoosbui van een uur is er 25 mm neerslag gevallen.
- Hoeveel kan geďnfiltreerd worden?
De infiltratiesnelheid is 0,5 m/dag, dus in mm per uur 0,5*1000/24 = 20,8
mm/uur, dus ca. 21 mm kan geďnfiltreerd worden in dat uur.
- Hoeveel moet bovengronds geborgen worden?
Bovengronds moet in dat uur geborgen worden het verschil tussen wat als neerslag
gevallen is en wat geďnfiltreerd kon worden in de bodem. Dat is 25 mm - ca. 21
mm = ca. 4 mm. Alle gevallen regen bij deze hoosbui kan dus in dit voorbeeld het meeste
infiltratie worden opgenomen door de bodem. Die 4 mm neerslag die niet opgenomen kon worden, is niet veel.
Als de hoosbui voorbij is (na een uur), is in iets meer dan 10 minuten die 4 mm
neerslag ook opgenoemen.
(I.v.m. de onnauwkeurigheid van de gebruikte getallen is een notatie in hele
mm's voldoende, zie eventueel bij significantie.)
Voorbeeld 2: Gegeven:
- Hoosbui van 1 uur.
- Grondsoort is een menggrond met infiltratiesnelheid water van 0,2 m/dag.
Antwoord: Tip: verander in het Excel-sheet die geel-gemarkeerde groene 0,5 naar
0,2. - Hoeveel regen valt er?
Na een hoosbui van een uur is er 25 mm neerslag gevallen.
- Hoeveel kan geďnfiltreerd worden?
De infiltratiesnelheid is 0,2 m/dag, dus in mm per uur 0,2*1000/24 = 8,3 mm/uur,
dus ca. 8 mm kan geďnfiltreerd worden in dat uur.
- Hoeveel moet bovengronds geborgen worden?
Bovengronds moet in dat uur geborgen worden het verschil tussen wat als neerslag
gevallen is en wat geďnfiltreerd kon worden in de bodem. Dat is 25 mm - ca. 8
mm = ca. 17 mm. Een zeer groot deel van de gevallen regen kan dus niet (in dat uur van
de hoosbui) in de bodem worden opgenomen. Dat houdt in dat er ruim 1,5 cm water op het land van de wadi zou staan,
als dat teveel aan water niet in het lager liggende "sloot-deel" van
de wadi zal stromen. Voorwaarde is wel dat een groot deel van het grasland van
de wadi enigszins glooiend is naar het sloot-deel ervan (en dat er slechts
weinig uit de bodem uitgespoeld wordt naar het sloot-deel, anders kan dat weer
minder water bevatten).
(Opmerking: als er geen natuurlijke oever is en dus veel van het gevallen water
in de grond moet worden opgenomen, is in het Excel-sheet (bij de waarde 0,2
m/dag bij infiltratiesnelheid) te zien dat na bijna 3 uur na de start van de
hoosbui toch alle neerslag geďnfiltreerd is.)
maximaal toelaatbare stijging waterpeil bij een wadi (eventueel
infiltratie in natuurlijke oevers e.d., restant als water op het bestaande
peil van de singel/sloot/greppel van de wadi):
Voor een klein gebied zoals een achtertuin van een woning geeft de volgende
voorbeeld-berekening een indicatie:
- de infiltratieoppervlakte bedraagt minimaal 4 m2 per 100 m2 afwaterende
oppervlakte (daken, betegeld terras, oprit, geasfalteerde weg e.d.)
- dakoppervlakte garage (plat) = 50 m2
- dakoppervlakte huis (hellend dak, maar op de grond geprojecteerde oppervlakte) =
60 m2
- terras van 6*4 m = 24 m2
- oprit = 40 m2
-
totaal oppervlak = 174 m2
- totaal volume te infiltreren en anderszins op te slaan = 174 m2 * 25 liter/m2 =
4350 liter
- bij een eigen opslag in regenton(nen) van 400 liter, resteert te bergen: 4350
- 400 = 3950 liter, dus ca. 4 m3
- uitgaande van infiltratietunnels of -kratten betekent dit een benodigde
oppervlakte van ca. 11 m2.
Kritische noot
Die hoeveelheid (ca. 4000 liter) en ruimte-beslag (ca. 11 m2) zijn misschien nog
te overzien, maar er zijn veel risico's:
- De kosten zijn enorm voor
een privé-persoon: alleen aan materiaal voor de kratten al 2200 euro, maar in
dat bedrag zitten geen andere kosten, dus:
. niet voor uitgraven . niet voor aan- en afvoer-leidingen
. niet voor arbeidsloon
. niet voor herinrichten tuin
. niet voor herbestraten
en dan zijn we waarschijnlijk nog wat andere kosten vergeten te vermelden.
- Wat zijn de gevolgen van het opnemen van zo'n grote hoeveelheid water
in je tuin? Wat als er een breuk is in het totaal aan kratten of tunnels en al
het verzamelde water komt vrij? De kosten daarvan zijn niet te overzien! - Ook hier geldt dat de burger het probleem van de overheid weer moet oplossen
(zoals op zoveel gebieden):
als de overheid teveel praat en te weinig doet,
wordt het probleem op het bordje van de burger gedeponeerd.