standvink

1. Ook: moerstijl. Een standvink is een tussenstijl van een (meestal) in de lengterichting van het gebouw lopende steunconstructie. Met tussenstijl wordt bedoeld dat deze niet aan de muur is bevestigd ("midden in de ruimte"). 
De standvink heeft aan weerszijden korbeels (schoren die dwars op de lengterichting van het gebouw staan) om de balk goed te ondersteunen.

Standvinken vinden we vaak in boerderijen en molens.

De benaming moerstijl geeft aan dat het een specifiek soort stijl is die de moerbalken ondersteunt.


standvinken bij een boerderij;
klik voor de volledige afbeelding (uit "boerderijen in de krimpenerwaard" van catharina van groningen, digitale bibliotheek van de nederlandse letteren dbnl); afbeelding tekstueel aangepast):


de standvink is het geheel van stijl en "schorenstel" (korbeels) (bureau helsdingen):


Het onderdeel stand in de term standvink heeft te maken met staan.
Wellicht heeft het onderdeel vink te maken met de V-vorm (die wordt ook vink genoemd, denk aan "een vinkje geven", "afvinken"). 

Zie eventueel sleutelstuk en console.


2. Ook: stand-vincke. Een standvink is een hangstijl, schegge of schoor in de kap van een gebouw; de schuingeplaatste stijl tussen de stijlen en de spanten (krommers).


standvink (hooiberg):


Met dank aan Hooiberg en Zaans Erfgoed.


3. In West-Vlaanderen werden standvinken gebruikt als de zijmuurtjes die de mantel van een schouw ondersteunden en daarmee de (vooruitstekende) hoeken van een haard uitmaakten.


4. Ook gebruikt voor: de stijlen van een (hemel)bed en voor de hoofdpijler (hoofdbaluster) van een trapleuning.

Eng. post