fliering

Ook: gebintplaat, worm, wormplaat, wurmt, vlieringbalk; soms: philier. De fliering is de horizontaal gelegen langsbalk ter ondersteuning van de sporen of het dak. De fliering rust op de dekbalk van het gebint (de dekbalk is een relatief hoog geplaatste gebintbalk, verg. dekbalkgebint).
Let op: 
- de fliering ligt plat op de dekbalk, dus horizontaal en "raakt" daardoor slechts sporen of dak (zie rode cirkel in de afbeelding hieronder; zie eventueel dekbalkgebint)
- de gording ligt plat tegen het dakbeschot (zie blauwe cirkel in de afbeelding hieronder)

Een vliering is bouwkundig "een op de fliering gelegde vloer in een kapconstructie; de vliering is ook de ruimte boven die vloer wordt tot de vliering gerekend. Zie bij vliering.


de fliering ligt plat op de dekbalk, dus horizontaal en "raakt" daardoor slechts dak of sporen; 
de gording ligt plat tegen het dakbeschot:


hier kijken we op de as van de fliering (de dekbalk is de zwarte stip in de hoek dakbeschot en dekbalk); 
ook bij het bovenste juk bevindt zich een fliering;
verder zien we in rood een dekbalkjuk met dekbalk, korbeel en jukbeen):


fliering, gebintbalk en leugenbalk (jaarboek monumentenzorg 1996):