Al
lange tijd zijn wonen, werken, ontspannen en natuur van elkaar gescheiden. Het
resultaat is/was:
- bedrijventerreinen, sportparken, winkelcentra maar ook hele woonwijken liggen
na het steeds tijdelijke "gebruik" doodstil te slapen (slaapsteden)
- veel vervoer is nodig om van wonen naar werken, natuur of recreatie te gaan
(woon-werk-verkeer, files, stress)
- vereenzaming voor wie achterblijft als de anderen bijvoorbeeld naar hun werk
gaan (saai, eenzaamheid, stress).
De Corona-pandemie van 2020-2021 heeft ons laten inzien dat:
- thuiswerken vaak heel goed kan; voor de meesten eigenlijk niet de hele werkweek, maar een dag
of twee of drie (zie bij het nieuwe werken)
- thuiswerken ook grote nadelen kan hebben (geen fysieke ruimte voor het werk,
afgeleid worden door "de anderen", teveel in elkaars buurt zijn wekt
irritaties op, de managers kunnen er vaak niet goed mee omgaan en krijgen andere
taken)
- we uitgaan, ontspanning, recreatie e.d. al snel missen (gesloten cafés, restaurants,
sportclubs, fitness-centra, winkels enz.)
- we onze toevlucht nemen tot de natuur om niet compleet gek te worden (in eerste instantie omdat er niets
anders is, na een tijdje omdat het af en toe toch wel ontspannend is)
- natuur en ontspanning te ver verwijderd zijn van de woonomgeving
- leefomgeving meer is dan wat activiteiten op principieel verschillende
locaties.
Net als in de middeleeuwen en andere vervlogen tijden is het daarom beter
wonen, werken en ontspannen in dezelfde omgeving te hebben. Dus horen winkels, uitgaansleven,
sport en natuur (desnoods een klein parkje) terug in de woonbuurt,
zoals vroeger "de stad" was vormgegeven.
De bundeling van wonen, werken en ontspannen geeft juist leefruimte. Door
de bundeling in je leefomgeving kun je sneller en gemakkelijker afstand even nemen van elk onderdeel
(en van jezelf). De term diversiteit is al lang een uitgezogen waterijsje, maar
het dicht bij elkaar zijn van de diverse menselijke activiteiten heeft duidelijk meerwaarde.
Vraag: wie is eigenlijk ooit op het idee gekomen wonen, werken en ontspanning van elkaar
te scheiden?
Architecten die hoogbouw en stedelijke concentraties willen?
Siegfried
Nassuth was zo'n architect, bijvoorbeeld voor de Bijlmer, maar er waren en zijn
er heel veel met urbanisatie- en hoogbouwdrang.
Politici en ambtenaren die
"grootse" plannen hebben?
In 1964 is er het
zogenoemde overloopbeleid: het Rijk en een aantal steden zijn van mening dat steden niet
eindeloos kunnen uitbreiden en dat er grote groene stroken moeten blijven tussen
steden en kleinere gemeenten, dus: uitbreidingen via enorme hoogbouw zoals Bijlmer
en andere nieuwe wijken. Den Uyl was in de jaren '60 wethouder en
ijverde blijkbaar voor hoogbouw (of schaamde hij er zich voor?). Tussen 1965 en 1980 wijst de
overheid groeikernen aan
waardoor de slaapsteden ontstaan (suburbanisaties)
en waardoor de meer welgestelden uit de stad vertrekken en de minder draagkrachtigen
achterblijven (het zogenoemde donut-effect).
Er wordt over forenzen gesproken, een gigantisch
legioen aan volgzame woon-werkverkeerders. Dit duurt eigenlijk nog tot het
omvangrijke thuiswerken uit de Corona-tijd (2020-2021). Krititsche noot: Ook de veel te machtige milieubewegingen zijn tegen bouwen in groen land (ze
horen zichzelf zo graag, vooral als ze op internationale congressen zijn aan
de andere kant van de aarde, dan is milieu ineens onbelangrijk). Als we nu
eens zorgen dat we die 66% van de Nederlandse oppervlakte (excl. water)
aan agrarische grond een beetje afbouwen en daar echte natuur van maken,
dan zijn we al een heel eind. Die 66% aan agrarische grond is natuurlijk
wonderlijk veel voor
zijn piepklein landje als Nederland, echt jammer van de ruimte. Als we daar
voor een derde "natuur + wonen + werken +
ontspannen" van maken, dan hebben we lange tijd geen klachten meer over stikstof,
biodiversiteit en het niet kunnen bouwen van woningen. Alle woningen en
andere gebouwen rusten we uit met zonnepanelen
zodat er minder fossiele energie nodig is. Natuurlijk is het triest dat
boeren uitgekocht moeten worden om de agrarische grond beter te benutten,
maar het is wel voor het goede doel: milieu, woningbouw, recreatie.
Kritische noot: wonderlijk, normale burgers
moeten een ander beroep zoeken als ze door maatschappelijke oorzaken niet meer nodig zijn (denk eens aan al
die medewerkers van V&D of in de scheepvaartindustrie), maar boeren
moeten blijkbaar uitgekocht worden zodat ze met dat geld
naar Canada of (vroeger) naar Oekraïne kunnen.
Stedenbouwkundigen die aandacht willen?
In ieder geval is duidelijk dat veel soorten machthebbers geen oren hadden en hebben naar
elke vorm van tegengeluid. Machthebbers kunnen immers niets fout doen en als dat
wel zo is, dan "herkent men zich daar niet in" of krijgt een ander de
zwarte piet.
Is
tegenspraak nog toegestaan. Krititsche noot: Steeds blijkt weer dat té groene en té linkse partijen en groeperingen
geen tegenstand wensen. Als je iets in twijfel trekt of gewoon een andere
mening hebt, dan lig je er uit, mag je niet meer meedoen. Denk aan de
"woke" van Zwarte Piet, maar ook het dictator-achtige gedrag van
milieumensen waardoor de start-stop van de auto niet permanent uitgezet
kan worden, waardoor een vaatwasser steevast op de eco-stand komt terwijl je
die nog nooit hebt gebruikt, waardoor men niet meer wonen buiten de bebouwde
omgeving (zelfs in Nederland is er nog zoveel groen gebied, zeker als er wat
minder boeren zijn). Alles wordt in dienst gesteld van
milieudenkers, een objectieve mening is verboden. Er worden geen vragen meer
gesteld, alleen maar dingen geëist, en als je daar niet aan voldoet dan lig je uit
de groep, word je "gecanceld", ontslagen (denk aan de professoren die geen eigen
mening mogen hebben en simpelweg uit hun functie worden gezet; al die zo
"milieudwingers en inclusieven" die met hun vingertje wijzen en
graag de eerste steen werpen). Gefundeerde kritiek op de ander of een ander denkbeeld moet altijd
toegestaan zijn, zeker in academische kringen. Daarvoor leven we (nog)
in een vrije samenleving.
Een
oplossing voor het tekort aan woningen is er wel, maar wordt niet gebruikt. Krititsche noot: De overheid, van hoog tot laag, wil graag het woningtekort oplossen maar
niemand werkt mee. Al de ambtenaren, beleidsadviseurs en dure inhuurkrachten
blijven op hun luie stoel zitten en praten, praten, praten, praten, maar er
gebeurt niets. Terwijl er drie goede opties zijn om meer woningen te kunnen
bouwen:
- Via de Wet Ruimtelijke Ordening kan een aanwijzing plaatsvinden; de
gemeente moet het bestemmingsplan aanpassen aan deze aanwijzing.
- Het Rijk kan een inpassingsplan maken.
- Het Rijk kan een rijksprojectbesluit uitvaardigen.
Maar er wordt nog steeds niets gedaan (situatie maart 2022). Alleen maar
gepraat. Stop met polderen en voor de Nederlandse woningbouw funeste
Europese regelgeving (waarom is er niet voldoende tegen geageerd, kom eens
uit die luie stoel Europarlementariërs).