In de praktijk
is de onbenoemde ruimte de benaming van een ruimte waarbij meestal niet voldaan wordt aan de eisen voor bv. een
verblijfsruimte (te laag, te
klein, te donker) maar waar soms wel een nuttig gebruik van kan worden gemaakt.
"Onbenoemde ruimten hoeven niet door een fysieke scheidingsconstructie van
een verblijfsruimte te zijn afgescheiden." Dat is het zogenoemde krijtstrepen-principe.
Wanneer, bijvoorbeeld bij een schuin dak, de vrije hoogte minder dan 2,60 m is
(nieuwbouw-criterium) dan mag de vloeroppervlakte van het te lage deel van de
ruimte niet benoemd en geteld worden als verblijfsgebied (verblijfsruimte) en zal
daarom vaak onbenoemde ruimte heten. (In dit geval is een deel van een
kamer een onbenoemde ruimte.)
Het is niet altijd duidelijk of de toekomstige eigenaar of bewoner kennis heeft van het feit dat er
nauwelijks eisen aan een onbenoemde ruimte zijn gesteld, denkbijvoorbeeld ook aan de verwarming die kan ontbreken in een dergelijke ruimte.
De oppervlakte van de onbenoemde ruimte telt wel mee bij het bepalen van de
gebruiksoppervlakte
(van de woonfunctie) mits voldaan wordt aan andere voorwaarden van
gebruiksoppervlakte.