![]() |
![]() |
![]() |
warmtenet, stadsverwarming, stadswarmte
Vaak
stadsverwarming genoemd. Een warmtenet is een manier om centraal opgewekte warmte en
soms ook koelte
bij gebruikers in huis te brengen waardoor geen eigen opwekking van warmte
nodig is (geen cv-ketel, geen warmtepomp e.d.). Ook kan het warmtenet
voor warm tapwater (warm drinkwater) zorgen; dit is niet altijd het geval.
Als ook gekookt wordt op
elektriciteit, dan kan meestal de aansluiting op aardgas vervallen.
Kenmerken van een warmtenet:
- De warmte wordt centraal opgewekt (bijvoorbeeld "restwarmte" bij de
productie van elektrische stroom en industriële processen, datacenters e.d. en
"aftapwarmte" bij het verbranden van afval).
- De warmte loopt vanuit die centrale locatie in de vorm van heet water via
geïsoleerde leidingen naar een warmteoverdrachtstation en vandaar naar de
woningen.
- In de woning is een warmtewisselaar aanwezig, die warmte afgeeft voor de
cv-leidingen en de aansluiting voor warm tapwater (kraanwater). De
warmtewisselaar is een onderdeel van de zogenoemde "afleverset" in de
woning.
- De hoeveelheid verbruikte warmte wordt in elke woning gemeten (de warmtemeter kan in
de afleverset aanwezig zijn).
- Het afgekoelde water loopt via de afleverset en retourleidingen terug naar de
centrale.
warmtenet, stadswarmte, stadsverwarming; bron, leidingen,
overdrachtstation, leidingen, woningen (energievergelijk):![]() |
Voordelen van een warmtenet
- Je hoeft geen cv-ketel of warmtepomp te hebben om warmte te verkrijgen voor
de centrale verwarming en voor warm tapwater. Er is in elke woning wel een
warmtewisselaar nodig om de warmte van het warmtenet over te brengen naar de
woning. Door het ontbreken van de cv-ketel is er ook minder kans op vergiftiging
door koolmonoxide.
- De aansluiting
op aardgas kan vervallen. Met een warmtenet is de klant onafhankelijk van aardgas en kan
dus de gasaansluiting vervallen, indien er verder geen gebruik wordt gemaakt van aardgas (dus
koken op gas vervangen door koken op elektrisch). Het vervallen van de
aardgasaansluiting geeft een geldelijk voordeel van ca. 250 euro per jaar
(leveringskosten en netbeheerskosten).
- Omdat de warmte vanuit een centrale locatie verspreid wordt over het
netwerk van leidingen, kunnen ook andere energiebronnen worden aangewend om
warmte te leveren aan het warmtenet (biomassa,
warmte-koude-opslag / bodemwarmte,
riothermie / afvalwater, aquathermie
(rivieren, plassen), geothermie /
aardwarmte, zonnepanelen,
kernenergie).
- Aansluiting en onderhoud wordt voor de klant geregeld. Het ontbreken van
aanschaf en onderhoud van cv-ketel bespaart kosten (omgerekend samen ca. 200
euro/jaar), maar de kosten voor de huur van de individuele afleverset van het
warmtenet in de woning is vergelijkbaar (ca. 150 euro/jaar). De eenmalige kosten
van de "verbouwing naar het warmtenet" in de woning blijven even buiten beschouwing.
- De cv wordt op de gebruikelijke manier bediend met bijvoorbeeld de
thermostaat.
Nadelen van een warmtenet
- Het warmtenet is (nog) slechts op een beperkt aantal plaatsen beschikbaar en zal dat vooralsnog niet
zijn (2024: 6% van alle woningen
aangesloten op een warmtenet).
- Voor nieuwbouwwijken is een warmtenet niet interessant: extreem
geïsoleerde woningen hebben nauwelijks warmte nodig. Een warmtenet is duur om
aan te leggen, de warmtebron is niet bekend (aardgas? steenkoool? toch
industriewarmte?) én een warmtenet is vrijwel
overbodig bij een nieuwbouw woning. Waarom zou men op een duur en
extern warmtenet aangesloten worden als men privé voor relatief weinig geld een
eigen vorm van verwarming heeft, de bedrijfszekerheid daarvan zeer hoog is en de
bron van de warmte altijd bekend is?
- De (eenmalige) aansluitkosten op een warmtenet zijn zeer hoog (2024:
"1 nieuwe aansluiting, inclusief 25 meter leiding" 5.250,24 euro). De
besparing op een cv-ketel of warmtepomp zijn door dit forse bedrag eigenlijk
vervallen, zeker omdat er nog elk jaar allerlei andere bedragen aan vaste kosten
betaald moeten worden, naast uiteraard de variabele kosten.
-
Het monopolie van de leverancier zorgt voor hoge consumentenprijzen van het
warmtenet.
Er is op elke locatie maar één aanbieder. De Autoriteit Consument & Markt
(ACM) bepaalt wel de maximale tarieven maar die
zijn zeer vriendelijk voor de energiebedrijven en daarmee zeer fors voor de
klanten *). Voor de maximale tarieven zie de Documentatie.
Er is geen concurrentie dus de
prijzen zijn vaak gelijk aan het maximale tarief.
Sinds 1-1-2024 bestaat er wel de zogenoemde rendementstoets waarmee de
ACM in kan grijpen als het rendement van de exploitant van het warmtenet een te
hoge prijs bepaalt. "Voor leveranciers zonder vergunning, maar ook voor vergunninghouders, geldt dat signalen aanleiding kunnen zijn voor een rendementstoets.
Bij verzoeken tot het uitvoeren van een rendementstoets bepaalt de ACM op basis van gegevens en informatie die zij tot haar beschikking heeft of zij over gaat tot het uitvoeren van een rendementstoets."
Vermoedelijk zal het weinig uithalen, exploitanten zullen allerlei kosten
rekenen, ook toekomstige kosten bijvoorbeeld voor aanleg van nieuwe warmtenetten
(die ze toch niet zullen aanleggen omdat het te duur wordt), om een zo hoog
mogelijke prijs te kunnen blijven vragen.
-
De koppeling met de aardgasprijs zorgt voor hoge consumentenprijzen van het
warmtenet.
De consumentenprijs van warmte van een warmtenet is gekoppeld aan de
aardgasprijs (2023 ca. 90 euro/GJ warmte, in 2024 ca. 45 euro/GJ). Als aardgas
duur is, is daardoor ook de warmte van het warmtenet duur: een Kafkaiaanse
koppeling als je bedenkt dat warmtenetten worden aanbevolen als vervangers van
aardgas...
- Onduidelijk is welke kosten de energiebedrijven nu eigenlijk echt
maken voor: het aanleggen van het netwerk, produceren of inkopen van warmte of
koude, beheren van het warmtenet maken.
- Het meten van de gebruikte warmte gaat regelmatig fout.
Hoewel er recht is op
een goede meting van uw verbruik, worden soms klanten
aangeschreven voor een uitzonderlijk hoog verbruik terwijl dat bijna onmogelijk.
Er lijkt geen waterdichte manier om dat te meten (en wellicht willen de
beheerders van het warmtenet dat zo houden, dat geeft hen meer vrijheid). Over
de metingen van de warmtemeters die aan de cv-radiatoren bevestigd zijn, is vaak
discussie. Alleen
al dit wonderlijke verschijnsel in onze technisch zo ver doorgevoerde
maatschappij maakt een warmtenet een beetje tot het sulletje van de
energiefamilie (terwijl de potentie van een solide en duurzaam warmtenet in de
wat verdere toekomst toch zo groot is).
- De meetinstantie is een ander bedrijf dan de beheerder /
energieleverancier. Bij discussies over het meten wordt steeds naar een ander
verwezen.
- Als er een storing is in het centrale of sturende deel van het warmtenet, dan
heeft mogelijk een hele wijk geen warmte. (Over het algemeen worden
storingen wel snel verholpen.)
- Gemeenten willen het warmtenet in eigen beheer (laten) aanleggen en mogelijk
ook exploiteren, dus is het voor de energiebedrijven niet interessant medespeler
te zijn. Gemeenten hebben echter weinig investeringsruimte voor het aanleggen en
eventueel exploiteren van een warmtenet. Door het mislukken
van veel geplande warmtenetten werken steeds meer gemeenten
niet meer mee. In Utrecht, Amsterfdam en Den Haag staan de warmtenetten in de
ijskast.
- Er zijn, net als bij de levering van elektriciteit, veel extra kosten en
belastingen waardoor inzicht en vergelijken bijna onmogelijk is.
- Als de bron "restwarmte" is, waarom wordt voor stadswarmte dan toch
evenveel gevraagd als voor aardgas? De
"restwarmte" is gewoon een markt-product geworden waar fors geld mee verdiend
wordt en de centrale overheid en de toenmalige
gemeente-eigenaren van de energiebedrijven een akkoord hebben gesloten door de prijs ervan afhankelijk
te maken van de prijs van aardgas.
- Als de bron van een warmtenet vooral de "restwarmte" is die vrijkomt
bij de productie van elektrische stroom en andere industriële processen, dan
kan er een tekort aan warmte zijn omdat elektriciteit steeds meer door
windmolens en zonnepanelen wordt opgewekt en ook de industrie steeds efficiënter
moet werken om dure energiekosten te verminderen. De hoeveelheid "restwarmte" zal dus kleiner worden. Wordt straks een groot deel van de warmte voor
het warmtenet verkregen uit dure en ongewenste fossiele brandstoffen? Die kans
is kleiner wanneer meer energiebronnen warmte leveren aan het warmtenet, waarbij
vooral continu werkende energiebronnen als kerncentrales,
warmte-koude-opslag, geothermische
installaties (aardwarmte) interessant zijn.
- Als de bron "restwarmte" is, wat wordt dan met die warmte gedaan
in het warme seizoen? Werkt warmtenet dan alleen voor het verzorgen van warm
tapwater? Verdwijnt dan toch de meeste warmte de lucht in? Begrijpelijk dat de
exploitant van het warmtenet niet altijd voor warm water zorgt. Buiten het koude
seizoen kan dat immers ook door een elektrische boiler worden verzorgd. Nadeel
van zo'n warmtenet: je betaalt elke maand ene bedrag maar lijkt er in het warme
seizoen niets voor terug te krijgen...)
- Door de lange leidingen is er altijd een zeker warmteverlies. Onder meer de
mate van isolatie van de leidingen en de hoogte van de temperatuur bepalen het
warmteverlies in het warmtenet tussen centrale en klant. Bij het onderhoud van
alle leidingen in de grond mag de isolatiemantel van het warmtenet niet
beschadigen. (Wanneer bij "ondergronds" onderhoud een elektriciteits-,
aardgas- of water-leiding wordt geraakt, dan is dat voor velen in de buurt vrij
snel duidelijk, maar het beschadigen van een isolatiemantel komt niet snel aan
het licht.)
- Bij een warmtenet met wat lagere temperaturen is voor een minder goed
geïsoleerde woning toch weer een kleine warmtepomp nodig om de watertemperatuur
te verhogen voor verwarming en warm tapwater. Wanneer alleen warm tapwater nodig
is (bij een zeer goed geïsoleerde woning), kan dat ook via een elektrische
boiler (150 liter of meer).
- Wanneer er op gas gekookt wordt, zijn er kosten voor vervanging voor
bijvoorbeeld een inductie-kookplaat. Mogelijk meerkosten door aanpassen keuken.
- Als er zonnepanelen zijn, dan kan de opgewekte stroom daarvan niet gebruikt
worden voor airco of warmtepomp.
- Voor de exploitant van een warmtenet is het aanleggen en expoliteren
van "stadswarmte" uitsluitend interessant als de afnemers in een groot
gebied wonen, de potentiële afnemers verplicht aangesloten zijn op
het warmtenet, er niet teveel weerstand is van potentiële afnemers, er zekerheid
is over de warmtebron en deze warmtebron niet al te hoge kosten van verbruik
(de kosten per Joule of Wh). Begrijpelijk dat energiebedrijven niet staan te
juichen om warmtenetten aan te leggen.
- Wonderlijk: "De kosten voor de huur van de warmtepomp worden persoonlijk aan u
gecommuniceerd".
- Wonderlijk: "Koude is technisch niet verbonden aan Warmte. Uw tarief voor Koude
wordt persoonlijk aan u gecommuniceerd".
Verder is het aandeel van de kosten van verbruik (wat je echt aan energie
verbruikt) een steeds kleiner deel van de totale energiekosten. Dat gaat op een
gegeven moment wringen bij de klant en maakt het meer dan aannemelijk dat ieder
zijn eigen "warmtebron" kiest (warmtepomp, elektrisch verwarmen,
warmte-koude-opslag), zeker voor nieuwbouw.
Op de jaarrekening
Op de jaarrekening moet in ieder geval staan (ACM,
bedragen incl btw):
- periode waar de rekening over gaat
- verbruik in die periode
- kosten van het verbruik (verbruik in gigajoule, GJ)
- vaste kosten voor verwarming, lauw kraanwater, warm kraanwater of koude
- meetkosten
- huur afleverset (als u deze verhuurt)
- aansluitkosten (bij een nieuwe aansluiting)
- afsluitkosten (bij afsluiting)
- totale kosten
- betaalde termijnen (als u termijnbedragen rekent)
- wat de verbruiker nog moet betalen of terugkrijgt.
Eénmalige kosten
Aansluitkosten, afsluitkosten en kosten tijdelijke afsluiting zijn
éénmalige kosten op de rekening van het beheerder van het warmtenet.
(Andere éénmalige kosten voor de klant zijn natuurlijk ook die van verbouwing
woning t.b.v. het warmtenet e.d.)
Vaste kosten
Bij de vaste kosten maakt het niet uit hoeveel stadswarmte de klant
verbruikt:
- Gebruiksonafhankelijk tarief: de kosten voor het beheer en onderhoud van het warmtenetwerk, inclusief 24-uurs storingsdienst.
- Meettarief / meetkosten: de kosten voor het opnemen en verwerken van de meterstanden, inclusief onderhoud en vervanging van de meter.
- Kosten voor de afleverset: de kosten voor beheer, onderhoud en vervanging van de afleverset.
Meer gegevens bij Documentatie.
Variabele kosten: kosten van verbruik, prijs van warmte per gigajoule (GJ)
De hoogte van de variabele kosten hangt af van het verbruik voor de verwarming van
het huis en van tapwater. Dat wordt in gigajoule (GJ) gemeten; 1 GJ komt overeen met 32,68 m3 aardgas. Op
de energierekening staan de variabele kosten soms vermeld als "Verbruik
stadswarmte".
Meer gegevens bij Documentatie.
Warmtenet en koudenet
Het "warmtenet" kan soms ook koude leveren.
Let op:
- de maximale tarieven van koude gelden uitsluitend met een groot aantal
voorwaarden
- mede afhankelijk van de temperatuurhoogte van het betreffende warmtenet
- soms uitsluitend beschikbaar voor bedrijven (via grond- of rivierwater)
- misschien kan beter een airco aangeschaft worden om te koelen, dan is er ook
een back-up als het warmtenet in storing is.
Voor meer informatie: raadpleeg de beheerder van het warmtenet.
Warmtenet aanleggen
Een warmtenet aanleggen is een langdurig proces:
- lange, dikke, extreem geïsoleerde leidingen onder de grond aanleggen (veel
graafwerk vereist)
- de woningen (gebouwen) aansluiten met een geïsoleerde
warmteleiding en een geïsoleerde retourleiding
- geïsoleerde leidingen van het punt waar de leiding de woning binnenkomt naar
de plaats van de cv-ketel (breekwerk, aanleggen en aansluiten leidingen,
herstelwerk vloeren, muren, dak; de cv-ketel kan verdwijnen)
- de afleverset installeren (warmtewisselaar)
- eventueel een extra boiler of andere voorziening voor warm tapwater
- eventueel de gaskookplaat en -oven vervangen voor elektrisch koken (o.m.
inductie)
- aardgasaansluiting afkoppelen ("onder het trottoir"),
aardgasaansluiting en aardgasleidingen verwijderen.
"De Warmtewet kent geen plicht voor eigenaren van bestaande woningen om aan te sluiten op het warmtenet."
Maar: "Huizen in nieuwbouwprojecten kunnen wél verplicht worden aangesloten op een
warmtenet".
Bij huurders is de woningcorporatie verantwoordelijk voor de installatie van verwarming en warm
water. Wanneer een woningcorporatie tot aansluiting op een warmtenet over wil
gaan, dan moet 70 procent van de huurders het met die plannen eens zijn, anders moet de verhuurder een ander voorstel
indienen.
Aanleg, beheer en onderhoud van stadsverwarming wordt meestal uitgevoerd door
het energiebedrijf, maar kan ook via lokale initiatieven (vaak lokale overheid)
worden geïnitieerd.
Duurzaamheid van een warmtenet
Een warmtenet wordt meestal als duurzaam beschouwd, maar in de werkelijke
wereld is dat afhankelijk van de duurzaamheid van:
- de warmtebron of -bronnen waar de centrale zijn warmte van betrekt (biomassa
is meestal niet duurzaam; aardgas, olie en steenkool ook niet; verbranden van
huisvuil veel extra warmte die anders verloren gaat en dus waarschijnlijk
duurzaam te noemen; meestal wel duurzaam zijn zonne-energie,
warmte-koude-opslag, riothermie, aquathermie, geothermie en kernenergie)
- de elektriciteit voor de pompen in het waternet en voor de warmtewisselaar,
boiler e.d. in de woningen
- de energie van de hulp-warmtebron wanneer het warmtenet tijdens strenge
kou niet voldoende warmte geeft (bijvoorbeeld centraal aardgas).
Verder is een hoge temperatuur van het water in het warmtenet minder duurzaam
dan wanneer het water een lage temperatuur heeft.
(De complexiteit van het warmtenet maakt een vergelijking met andere duurzame
bronnen moeilijk. Theoretisch
zouden ook productie, transport, aanleg, onderhoud e.d. van alle componenten
meegenomen kunnen worden, maar dat maakt het zeer ingewikkeld. Zo'n theoretische
verhandeling kost veel tijd, energie en geld.)
Warmtenetten voor verschillende
temperaturen
Warmtenetten kunnen worden ingedeeld op basis van de temperatuur van het
geleverde water. Voor een nieuwe wijk met extreem goed geïsoleerde woningen kan de temperatuur
lager zijn dan voor een (oudere) wijk met slecht geïsoleerde woningen.
Warmtenetten op basis van aangevoerde temperatuur zijn (met dank aan Milieucentraal):
- HT-net: hoge-temperatuur-warmtenet (meer dan 75 graden)
- MT-net: midden-temperatuur-warmtenet (55 tot 75 graden)
- LT-net: lage-temperatuur-warmtenet van (30 tot 55 graden)
- ZLT-net: zeer-lage-temperatuur-warmtenet (10 tot 30 graden).
Leidingen met water van een hogere temperatuur verliezen meer warmte tijdens het
transport. Als de mogelijkheid bestaat, gaat de voorkeur daarom uit naar een LT-
of ZLT-net.
Documentatie
- Maximale
tarieven warmtenet 2024 (van
ACM)
- Tarieven Stadswarmte Vattenfall Amsterdam 2024
- Tarieven Stadswarmte Vattenfall Rotterdam 2024
- Tarieven warmtenet Eneco warmte en koude 2024
- Gebruikskosten van een paar warmtenetten (Excel-sheet)
De term stadswarmte is weliswaar een algemeen bekende term, maar door de
vele slechte berichten over stadswarmte heeft deze term een negatieve klank gekregen.
De term stadsverwarming associeerde men als (tijdelijk) eufemisme
blijkbaar toch
teveel met de term "stadswarmte".
De term warmtenet is een algemene term, geeft geen onmiddellijke
associatie met stadswarmte, kan ook gaan om warmte voor een groot gebouw, een wijk of een aantal dorpen. Klein nadeel is
dat de term verwijst naar het net, de leidingen (waar de term ook voor
gebruikt wordt), en niet het doel en nut.
*) "In de Warmtewet is geregeld dat er een maximumtarief is voor warmtenet om jou als warmtegebruiker te beschermen tegen te hoge prijzen voor warmte.
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) bepaalt jaarlijks in december het maximumtarief. De ACM baseert dat tarief op de gasprijzen van de 3 grootste leveranciers die per 1 januari gelden voor een vast contract van één jaar. De ACM ziet er vervolgens ook op toe dat we niet te veel rendement maken."