Een
vaart is een tocht die ook voor scheepvaart gebruikt kan
of kon worden. Een vaart heeft een functie in de waterhuishouding van polders in
de omgeving.
Veel vaarten die werden gebruikt voor bijvoorbeeld vervoer van turf, groenten of
fruit van de landerijen en kassen naar de veiling of naar een verzamelpunt,
worden al langere tijd niet meer als zodanig gebruikt. Daardoor was het mogelijk
elk huis aan de andere zijde van de vaart van een eigen brug of bruggetje te
voorzien, vooral wanneer langs de vaart ook een weg ligt.
Een ringvaart is een vaart (kanaal) rond een polder. De ringvaart kreeg
soms de naam Ringsloot.
Een trekvaart is een vaart die in de zeventiende eeuw speciaal voor passagiersvervoer werd aangelegd of
aangepast (Leestekens
van het landschap).
Een turfvaart (ook: deep, mond, veenwijk, wijk) is een gegraven kanaal in een turfwinningsgebied, ter ontwatering van het veen en als transportweg voor de afvoer van de
turf (Leestekens
van het landschap).
Een opvaart is een verbindingswater tussen de boerderij en de doorgaande
waterweg (Leestekens
van het landschap).
ligging van een vaart (hier genoemd "noordeindse vaart"), tocht, ringvaart
(hier genoemd "ringsloot") en zeer veel sloten; situatie 1950; klik voor
groter! (topotijdreis
van kadaster; geef
op topotijdreis rechts bovenin uw postcode in):