kraal, kraallijst

Ook, bij een dakrand: kraaltrim. Een kraal is een ronde afwerkrand, bijvoorbeeld bij een plat dak, een zinken of houten dakgoot of een vensterbank. Ook in stucwerk komen kralen voor.
Verderop een afbeelding met een vergelijking tussen duivenjager, kraal en ojief.


kraal uit zink, bij een dakgoot:


kraal, kraaltrim: architectonische dakrand, een ronde dakrand welke doet denken aan een traditionele kraallijst, met "druppel" voor een goede waterafvoer (aluminium, roval):


dezelfde kraaltrim, nu met open ronding (sloterop en
roval):


duivenjager, kraal en ojief (handboek houtconstructies, 1907):


kraaldeel (vlagstuk) onder een vensterbank (triple-t):


kraal en klang bij een dakgoot:


De term kraal is verwant aan krul.

Zie eventueel kraalprofiel, verheven kraalnaad, daktrim, duivenjager, plint.

Eng. kraal is bead(ing); kraallat is beaded batten; kraaldeel is beaded board; kraallijst is bead moulding, bead molding (Am.); kraalschroot is beaded panelling, beaded paneling (Am.)