1.
Een stadsboerderij was tot in de 18e eeuw, en soms veel later nog, een
boerderij binnen de stadsmuur of wallen van een stad.
Voordelen van een stadsboerderij:
- voor de boer met vee: bij oorlog of onlusten geeft de stad
bescherming tegen diefstal en plundering
- voor de stad: bij een belegering is er nog enige tijd groente of vlees en is de stad meer of minder zelfvoorzienend.
"Zo'n boerderij bestond uit een woning, stallen, bergruimte voor veevoer en landbouwwerktuigen, een mestvaalt en een hooiberg.
Wie daar werkte en woonde heette een 'wortelboer', naar de wortels waarmee de boeren hun vee voerden. In de zomer ging het vee naar de weiden buiten de stad."
(Deventer toen en nu)
Ook later kwamen nog wel oorspronkelijke stadsboerderijen voor, maar:
- door stadsuitbreidingen werd het steeds moeilijker het vee naar de verder liggende weiden en terug te
brengen
- de grond in de stad werd te duur om een toch vrij omvangrijke boerderij te handhaven
- de bevolking wilde geen vee en mestvaalt meer in haar nabijheid.
In de Golstraat in Deventer nam de laatste wortelboer in 1990 afscheid.
Stadsboerderij en akkerburgerhuis
Een stadsboerderij was eigenlijk vooral een boerderij met vee, gevestigd in de stad. Een
akkerburgerhuis was een huis met een agrarische functie. De akkerburger was vergelijkbaar met de stadsboer maar
de akkerburger was zowel boer als
ambachtsman.
Stadboerderijen als boerderij in onze tijd
Ook in onze tijd wordt de term stadsboerderij als boerderij gebruikt:
- in de buurt van een stad werkt een boerderij als biologisch gemengd bedrijf
met winkel, waar ook bezoekers en vrijwilligers welkom zijn, mensen en dieren
zich thuis voelen en lokale producten verkocht worden (bijvoorbeeld Caetshage
in Culemborg heeft ook een duidelijke educatieve en zorg-functie)
- bij stedelijke uitbreiding wordt aan een bestaande
boerderij een educatieve of recreatie functie toegevoegd zodat stedelingen de boerderij kunnen bezoeken
en kennismaken met het reilen en zeilen op een echte boerderij.
Kritische noot Koeien op een ponton, een floating farm, een
"stadsboerderij" op het water als zogenaamd groene boerderij,
is bouwkundig en planologisch wellicht interessant, maar verder waanzin, zeker als er ook nog koeien in het
diepe water
vallen. Dat een Rotterdamse
wethouder dit doorgedrukt heeft en dat de Rijksoverheid, Albron, Vitam en Picnic
hieraan meewerken, is niet alleen wonderlijk maar ondoordacht én zorgelijk.
stadsboerderij met een prachtige overstek en het "op
vlucht" staan van de eerste verdieping (stichting
ijsselhoeven, voor behoud van de hoeven in de ijsselvallei):
stadsboerderij in de 21e eeuw, een biologisch gemengd bedrijf met o.m.
educatie, zorgboerderij, plattelandswinkel (caetshage
in culemborg):
Zie eventueel boerderij
voor allerlei typen boerderijen.
2.
Een stadsboerderij is een soort boerderij waar stadsburgers kennis kunnen maken
met kleiner en groter vee en met groente e.d., een soort uitgebreide
kinderboerderij. Wat grotere kinderen kunnen meehelpen met het voeren e.d. van
de dieren van de stadsboerderij. Soms zijn er voor schoolkinderen ook
schooltuintjes, zoals bij de stadsboerderij Steede Hoge Woerd (bij Castellum
Hoge Woerd).
Een ander voordeel is dat er groen en ander leven wordt gebracht in de nogal
"harde, stenen omgeving" van de stad.
stadsboerderij steede hoge woerd bij castellum hoge woerd (utrecht
natuurlijk):