Een kalkmouw werd vroeger door de opperman
gebruikt om de stukadoorsmortel naar boven te dragen en in de kuip te storten. (De
opperman is degene die de stenen, mortel e.d. naar boven brengt.)
De kalkmouw is een langwerpig bakje, aan één
kopse kant open en aan de onderzijde van een handvat voorzien.
De kalmouw werd van hout gemaakt, later van staal. Om de mouw met een langstelige
bats te kunnen vullen werd deze op een driepoot gelegd zodat de bodem ongeveer op schouderhoogte van de opperman lag.