smart

De SMART-methode is een managementmethode om bij een project op een slimme, behapbare manier doelstellingen te definiëren, te onderbouwen, te begrenzen, en te controleren.

Het letterwoord SMART staat voor:

Voordelen
- Een project wordt van te voren al redelijk bezien op uitvoerbaarheid
- Onduidelijkheden en onmogelijkheden kunnen eerder aan het licht komen. Vaak is niet duidelijk of in "hoeveelheden" verbetering gewerkt kan worden. Als dat uit de SMART-sessie blijkt, kan waarschijnlijk beter een pilotproject gestart worden om na te gaan of de doelstellingen gebruikt zouden kunnen worden en wat de voorwaarden daarbij zijn.

Nadelen
- Niet alle doelstellingen in ene project zijn (onmiddellijk) meetbaar. Juist de wat experimentele projecten waar SMART niet veel kan betekenen, kunnen veel vernieuwing en geld opleveren. 
- Vaak is de drift tot "meten en weten" een uiting van zwakte, van onkunde, van onzekerheid, van teveel sturing van het hogere echelon (die in zo'n zelfde situatie verkeert), waardoor management en personeel kunnen vervallen in een overdadige controle-dwang. (In andere tijden heetten zij fijnslijpers: de punaisepoetsers die normaal werken blokkeren, het bedrijf veel geld kost  en hert personeel veel ergernis. Zie ook bij de nuttelozen.)
- SMART wordt vaak misbruikt door niet-vaktechnische managers en soms zelfs geëist bij van alles en nog wat. Ze hebben immers geen verstand van de betreffende zaken en kennen alleen managementtrucjes. "We doen het SMART dus daar moeten we ons aan houden."
De managers die SMART louter toepassen omdat ze zelf niets weten en kunnen kost het bedrijf veel tijd en geld en energie. Anderen moeten alle activiteiten uitvoeren, ook al zijn die nutteloos of contra-productief. 

Voorbeeld
- SMART-gegevens uit het Handboek Circulair Renoveren voor Woningcorporaties.