nokbout

Een nokbout is een soort klinknagel met een bout en een moer, waarbij de verzonken, glooiende kop een nok heeft waardoor de bout niet meedraait wanneer de moer wordt aangedraaid. De nokbout wordt niet geklonken maar via moer en bout aangedraaid.
Het nokje (ook rib genoemd) grijpt in het materiaal of valt in een uitsparing in het materiaal. Er zijn ook nokbouten met twee nokken (ribben).

Nokbouten worden toegepast als er twee platen aaneengetrokken moeten worden, waarbij het uiteinde van de bout netjes en stevig moet aansluiten op het materiaal. Vaak gaat het waarschijnlijk om staal-staal-verbindingen, waarbij de verzonken kop aan de zichtbare kant komt.

Voordelen van de nokbout zijn dus:
- de moer is goed aan te draaien, omdat de bout niet meedraait
- aan de zichtbare zijde kan de nokbout niet losgedraaid of losgeschroefd worden (omdat de kop verzonken en glooiend is en omdat de nok draaien tegengaat).
 
Voorbeelden van het gebruik van de nokbout voor het vastzetten van: het mes aan een ploeg, de messen van een platenschaar, het bevestigen van een stalen eindplaat op een locomotief e.d.


nokbout (fabory):


nokbout met 2 ribben (förch):


nokbout;
klik voor groter (jan stolp):


nokbout;
klik voor groter (herwegh lifttechniek):


Met dank aan Pieter Klein.

Verg. inslagmoer, popnagel.