De
daglichtfactor is "een verhoudingsgetal dat voor een bepaald punt in een gebouw aangeeft hoe de daglichtverlichtingssterkte zich daar verhoudt tot de verlichtingssterkte in het vrije veld onder een
bewolkte hemel".
Daglicht is natuurlijk licht (van de zon, van buiten dus) en is een belangrijk
gegeven:
- voor een prettige werksfeer (bij meer daglicht kan men zich beter voelen,
letterlijk minder somber zijn, natuurlijk licht varieert over de dag genomen en
is goed voor het bioritme, geeft meer energie)
- het verhoogt de productiviteit (ook het uitzicht dat men heeft, kan de
productiviteit gunstig beïnvloeden)
- meer daglicht betekent minder kunstlicht en dus minder energieverlies; in de
winter betekent toetreding van zonlicht ook minder stookkosten
- voor goed zicht op wat men wil vervaardigen, lezen of bekijken (zonder
kunstlicht)
- de ruimte lijkt groter en de kleuren komen beter uit.
Berekening van de daglichtfactor DF
De daglichtfactor (DF) wordt bepaald bij een bewolkte hemel (de CIE overcast
sky, een gestandaardiseerde bewolkte hemel waarin directe zon geen rol
speelt). "In iedere azimuth richting is de helderheidsverdeling dezelfde. Daardoor speelt de oriëntatie van het gebouw geen rol en speelt ook de geografische locatie geen rol."
Een voorbeeld: als bij een bewolkte lucht een onbelemmerde verlichtingssterkte
van 10.000 lux wordt gemeten en binnenshuis op werkhoogte (85 cm) 200 lux, dan
is de daglichtfactor 2%.
Voordelen van de daglichtfactor
- relatief eenvoudig en snel te berekenen
- in BREEAM levert een gemiddelde DF > 2% voor de verblijfsruimten voor tenminste 80% van het totaal te beoordelen vloeroppervlak een credit
op, terwijl een gemiddelde DF > 3% een extra credit geeft
- de mate van bewolking is vrij onbelangrijk omdat het licht buiten én
binnen wordt gemeten en de verhouding de DF bepaalt.
Nadelen van de daglichtfactor
- zegt niet zoveel over de daglichtkwaliteit als er direct zonlicht in het spel
is (maar is ook onbelangrijk omdat de daglichtfactor uitgaat van een bewolkte
hemel).
Wat betekent de daglichtfactor in het normale leven?
Naast persoonlijke aspecten (de ene mens heeft meer licht nodig dan de andere)
heeft de gebruiksfunctie van een ruimte invloed op de gewenste minimale
toetreding van daglicht: