ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ Toets
een onderwerp in het zoekboxje, of
klik op één van de letters A..Z hierboven. (Oud-)student(e) Archit., Bwk, Civ. Techn.?
Iets schrijven
voor de site, als auteur?
Mail
even naar Joostdevree
De
waarschuwingsplicht is de plicht van bijvoorbeeld een aannemer om de opdrachtgever tijdig erop te attenderen dat een ontwerp risicovol is,
bijvoorbeeld door een fout in het
ontwerp of door gebruik van ondeugdelijke materialen.
Officieel luidt de eerste zin van de waarschuwingsplicht van artikel 7:754 van het Burgerlijk
Wetboek: "De aannemer is bij het aangaan of het uitvoeren van de overeenkomst verplicht de opdrachtgever te waarschuwen voor onjuistheden in de opdracht voor zover hij deze kende of redelijkerwijs behoorde te kennen. Hetzelfde geldt in geval van gebreken en ongeschiktheid van zaken afkomstig van de opdrachtgever, daaronder begrepen de grond waarop de opdrachtgever een werk laat uitvoeren, alsmede fouten of gebreken in door de opdrachtgever verstrekte plannen, tekeningen, berekeningen, bestekken of uitvoeringsvoorschriften."
In de praktijk heeft dus niet alleen de aannemer een waarschuwingsplicht naar de
opdrachtgever (dat is vrij duidelijk en begrijpelijk), maar ook de opdrachtgever naar
de aannemer.
Om te beoordelen of er sprake is van de waarschuwingsplicht van de aannemer, spelen een aantal
zaken mee:
- de mate van (specifieke) deskundigheid die bij de aannemer aanwezig mag worden
geacht
- de bekendheid van de opdrachtgever met het risicovolle karakter van het
ontwerp (dit is een zeer belangrijk gegeven; soms kan een opdrachtgever dezelfde
mate van deskundigheid hebben als de aannemer; ook als bv. de opdrachtgever
"vergeet" te vermelden dat er asbest aanwezig is in het te verbouwen
gedeelte en de aannemer moet daarvoor extra kosten maken, dan is de zaak juist
andersom: de opdrachtgever had de aannemer moeten waarschuwen)
- de mate van duidelijkheid van de fout zelf (met als resultaat bv.: was in deze
omstandigheden wel sprake van een omissie van de aannemer)
- als de aannemer de opdrachtgever had moeten waarschuwen en dat verzaakt, dan
dient de aannemer de gevolgen van de fout (schade) aan de opdrachtgever te
vergoeden.
Een aantal aspecten:
- als de opdrachtgever bekend is met het risicovolle karakter van de opdracht
kan de opdrachtgever niet zonder meer, wanneer in de bouwfase of daarna fouten
worden geconstateerd die met dat risicovolle karakter te maken hebben, de
aannemer aanspreken op zijn waarschuwingsplicht (de opdrachtgever was er immers
al van op de hoogte)
- rekening houdend met een risicovol aspect van een ontwerp betekent niet per
definitie dat het ontwerp foutief was, wanneer daarbij relevante fouten aan het
licht komen
- wanneer niet duidelijk is of de opdrachtgever op de hoogte is
van een risicovol ontwerp, dient de aannemer hem daarvoor te waarschuwen (mits
de aannemer verondersteld kan worden kennis te hebben van het risicovolle
karakter)
- wanneer de opdrachtgever door de aannemer gewaarschuwd wordt (schriftelijk!)
en de opdrachtgever slaat deze waarschuwing in de wind, dan is de opdrachtegver
aansprakelijk voor de gevolgen (maar de aannemer mag geen werk uitvoeren dat om
redenen van brandveiligheid e.d. te risicovol is)
- wanneer de opdrachtgever een adviseur inschakelt en het is de aannemer bekend
dat deze adviseur niet bekwaam is (op het specifieke gebied), dan dient de
aannemer de opdrachtgever hiervan in kennis te stellen (een ondeugdelijk advies
van een adviseur ontslaat de aannemer niet van zijn waarschuwingsplicht)
- het bepalen van de omvang van de schade is een belangrijk gegeven (indien tot
vergoeding moet worden overgegaan)
- het schijnt dat de Raad van Arbitrage van de Bouw de aannemer bij schending
van de waarschuwingsplicht aansprakelijk is voor de volledige schade, terwijl de
"gewone" rechter een meer afgewogen oordeel velt (wie is
verantwoordelijk voor welk deel van de schade).
Door goedkopere "innovatieve" oplossingen die soms meer risico's
meedragen, komt het nog wel eens voor dat het uiteindelijke gebouwde fouten
vertoont.
Het bewust nalaten van de waarschuwing behoort tot de eerste van "de 3
O's": onverschilligheid, onvoorzichtigheid, ongeïnformeerdheid.
Let wel: aangezien veel gevallen waarin sprake is van (vermeende) schending van
de waarschuwingsplicht voor de rechtbank worden uitgevochten, is het vaak niet
evident welke partij correct heeft gehandeld.