volle wand, vollewand

1. De benaming "vollewand" duidt op het volledige karakter van de lijfplaat van bijvoorbeeld een I-profiel, in tegenstelling met bijvoorbeeld een vakwerk en een raatstructuur. De vollewandligger bestaat uit een bovenplaat (bovenflens), lijfplaat en onderplaat (onderflens). 


vollewand lijfplaat (lijf) en flenzen (bovenflens, ondeflens):


Zie ook vollewandligger, gewalste ligger.


2. Soms is een vollewand opgebouwd uit een stijl- en regelwerk dat bekleed is met bijvoorbeeld multiplex of plaatstaal. Deze wand heeft een dragende functie en kan ook dienst doen als spantconstructie of verstijvingsligger.


3. Een massieve wand wordt soms ook een volle wand genoemd, in tegenstelling tot een spouwmuur. Vaak zal bij deze vollewand van een steensmuur sprake zijn hoewel bij oudere gebouwen en vestingwerken veel dikker metselwerk voorkomt.

Verg. holle wand.