Ook,
soms: slibtechniek. Engobe
is in de bouw een meegebakken dunne vloeibare kleilaag over een goed
gedroogde dakpan of baksteen om
deze van een zekere glans te voorzien, een andere kleur te geven of kleine
afwijkingen te camoufleren. Engobe is een glazuurtechniek.
Geëngobeerd keramiek is meestal mat of
heeft een zijdeglans.
Engobe wordt aangebracht door gieten,
onderdompelen, spatten of bespuiten (ringeloren). Engoberen is bij dakpannen het bespuiten van
ongebakken maar droge dakpannen met een kleihoudende suspensie
waaraan kleurende oxiden zijn toegevoegd. Tijdens het bakken smelt de
engobe en klit samen met de dakpan.
Het voordeel van engoberen ten opzichte van het glazuren van een al gebakken pan
of steen (biscuit, twee bakgangen), is dat de productie van engobe
goedkoper is (één bakgang); verder schijnen de producten
niet zo snel aan elkaar vast te plakken. Voordeel van biscuit is dat in
beginsel vrijwel elke al geproduceerde pan of steen geglazuurd kan worden en dat
voor engobe de pan of steen opnieuw gevormd en behandeld moet worden.
Edel-engobe of veredeld engobe is een deklaag die het midden houdt tussen een traditionele engobe (hoofdzakelijk op basis van klei)
en een glazuur (hoofdzakelijk op basis van een glashoudende suspensie), zoals bij de Alegra van Narvik
(Koramic Wienerberger).
Door het toevoegen van glasachtige bestanddelen kan de
engobe zelfs enigszins glanzend worden.
engobe, holle mulden pan (makelaars in opleiding): |
edel-engobe, dakpan alegra narvik rood 609 (wienerberger koramic): |
het verschil tussen engobe en verglazen (glazuren) (wienerberger koramic): |
De term engobe is Frans (pap van witte of gekleurde aarde) terwijl engober
"bedekken met" betekent.
De term edel-engobe is afkomstig uit het Duits (Edel-engobe).
Zie ook dakpanproductie,
bricorna.
Eng. engobe