doorsteek

1. Doorsteek is de benaming voor een gang, pad, traverse of weg waarmee een kortere weg wordt afgelegd.
Een doorsteek kan ook bestaan bij bijvoorbeeld woningen tussen twee straten waarbij soms de woningen over de doorsteek doorlopen; voordeel van zo'n doorsteek is dat men minder ver hoeft te lopen naar een ander deel van de wijk. Andere termen die in dit verband ongeveer hetzelfde beduiden, zijn:
- gang, een wat meer algemene term
- doorgang, ook wat algemeen zij het dat het "door" benadrukt dat het op een andere manier moeilijk is
- onderdoorgang, waarbij het "onder" aangeeft dat de gang in ieder geval voor een deel onder de grond loopt
- passage of galerij, die meestal hoog en breed is, vaak met winkels en bij voorkeur met een lichtdoorlatende overkapping; tegenwoordig worden echter vaak minder beduidende, donkere doorsteekjes ook passages genoemd.
Het hangt dus af van de situatie (grootte, winkels, doel) hoe een "gang" tussen gebouwen genoemd wordt.


doorsteek, bergschenhoek (foto joostdevree):


ingewikkeld doorsteekje in het oude lyon; deze doorsteekjes worden
traboules genoemd naar het latijnse trans ambular wat "wandelen door" betekent (foto aline perier, rhône alpes):


doorsteek met "amsterdammertje" (foto doelbeelden):


Eng. shortcut, cut, corridor, passageway


2. Doorsteek is elke vorm van een smal pad door iets redelijk onbegaanbaars (bos, water, duinen, woongebied); ook overdrachtelijk gebruikt (bij Windows wordt het bijvoorbeeld snelkoppeling genoemd).
Eng. shortcut, cut, corridor


3. Een doorsteek is ook een afsnijding van een bocht in de rivier.
Eng. cut