baak

1. Ook: jalon. Een baak is een lat met maatverdeling die bij het landmeten in combinatie met bijvoorbeeld een theodoliet gebruikt wordt om hoogteverschillen en afstanden te bepalen.  
Er is ook een telescopische baak: inschuifbaar om gemakkelijker te vervoeren.


gebruik van baak en theodoliet:


aflezen baak: 1,322 m:


telescopische baak; kenmerken: "aluminium profielen met slijtvast schaalverdeling, automatische vergrendeling, schaalverdeling aan één zijde in cm en de andere zijde in mm, hoogte 1,22-5m en gewicht 1,9kg"; klik voor groter (toolstation):


baak in feet en inches :


Verg. zakbaak, totalstation.

Eng. level staff, levelling staff, levelling rod, levelling pole, stadia rod; (ook leveling i.p.v. levelling)


2. Een baak is een baken, zoals een vuurtoren e.d. Een vuurtoren is een vast punt op zee of op land aan de zeerand ten behoeve van de scheepvaart.
De term baak is een verkorting van baken, naar het Oudfriese baken (signaal, seinvuur, baken); bron Etymologiebank.


vuurtoren "de baak", oostvoorne, 1630:


Eng. beacon


3. Een baak is ook een stelsel van waterpas aangebrachte planken waarbinnen het bouwwerk moet worden gemaakt. Op de planken wordt met een zaagsnede de maatvoering van het opgaande werk aangegeven.


4. "Een baak is een wit bord met rode rand op gele paal met markeringsinformatie langs waterwegen."