Ook:
eloxeren. Anodiseren is het elektrochemisch behandelen van het oppervlak van aluminium
door de natuurlijke oxidelaag in een zogenoemd anodiseerbad van aluminiumoxide
te vervangen door een "kunstmatige" oxidelaag.
Voordelen
- De geanodiseerde oxidelaag beschermt daarnaast het aluminium o.a. tegen
atmosferische invloeden (corrosie),
een betere bescherming dan door poedercoaten
- De gevormde harde laag aluminiumoxidelaag is moleculair verbonden met het basismateriaal
en geeft daarom de beste hechting voor bijvoorbeeld lijm of
verf.
- Het aluminium kan in allerlei kleuren worden geanodiseerd (sealing).
Werking
Het werkstuk wordt in een zuurbad aangesloten op de positieve elektrode (de
anode) van een elektrische bron terwijl aan de negatieve elektrode (de kathode)
een stuk aluminium wordt bevestigd. Door de elektrische stroom gaan de ionen van
de kathode naar de anode en slaan daar neer als aluminiumoxide.
De meeste anodiseerprocessen zijn op basis van zwavelvuur, maar er
zijn ook processen op basis van chroom- en fosforzuur.
Kenmerken
De
geanodiseerde laag is dikker, sterker en
gelijkmatiger dan de natuurlijke oxidelaag en heeft een glasachtige
structuur. Een vers gevormde anodiseerlaag is een poreuze aluminiumoxidelaag. Deze
poreusheid wordt gebruikt om kleurstoffen te impregneren of elektrolytisch neer te
laten slaan in een dompelbad. De toegepaste kleursystemen zijn gebaseerd op het inbrengen van metalen, organische of anorganische stoffen in de anodiseerlaag.
De verse anodiseerlaag, al of niet gekleurd, wordt afgedicht door een
sealing, waarbij de aluminiumoxide omgezet wordt in böhmiet,
een mengvorm van aluminiumoxide en aluminiumhydroxide. Het böhmiet
sluit de poriën met zijn naaldvormige kristallen af, waardoor ook de kleurstoffen afgedekt zijn en een
metaalachtige kleur ontstaat die uiteraard beter gehecht is aan het
aluminium dan een lak- of spuitlaag. De foto onderaan, uit TG-magazine van het
Technologisch Gezelschap van de
TU Delft, toont de fijne staafjes van böhmiet met een lengte van 280 nanometer
en een diameter
van 14 nanometer.
De
laagdikte van de anodiseerlaag is afhankelijk van de toepassing: van 3
micrometer voor aluminium dat nog verder geverfd wordt of binnenshuis
gebruikt wordt tot 20 micron voor gebruik buitenshuis in een
agressieve atmosfeer.
Ook magnesium en titanium kunnen geanodiseerd worden, maar dit wordt minder vaak toegepast.
proces anodiseren (klik voor duidelijker; accent lichtmasten): |
genaodiseerde (geeloxeerde) producten (nederlandse anodising): |
|
Documentatie over anodiseren
- van Belgisch
Instituut van Lastechniek (M. de Bonte en J.P. Celis)
- van AluRVS-Alumium
De term anodiseren is afkomstig van de anode (de al genoemde positieve
elektrode), van het Engels anode (anode), een door de Engelse natuurkundige Michael Faraday
in 1834 geïntroduceerd neologisme op basis van Grieks anodos (heenweg), dat gevormd is uit
ana (omhoog); bron Etymologiebank.
Met dank aan o.m. Nederlandse
Anodising, AluRVS-Aluminium,
Comhan Holland, Compri
Aluminium, Belgisch Instituut van
Lastechniek,
Caralu, Steelpaint, Accent
Lichtmasten en andere straatverlichting,
en het Technologisch
Gezelschap van de TU Delft.
Eng. to anodize, to anodise (Br.)